59 of misschien na 1895 de kadastrale hermetingsgrens alsnog eigen- domsgrens geworden is. Twee factoren moeten hierbij besproken worden: de vermelding van kadastrale perceelen in transportakten en de verjaring. Ofschoon de eerste factor een geschikte aanleiding zou zijn, het probleem van de juridische gevolgen van deze vermelding in haar geheel te behandelen, wil ik dit liever in een afzonderlijk artikel doen, omdat dit vraagstuk, vooral belangrijk voor de overdracht van cultuurperceelen, bij dit voorbeeld van geen invloed is. Het onroerend goed A. is na 1895 eenige malen overgedragen en in de transportakten is natuurlijk het geheele kadastrale perceel n°. 2285 vermeld. Toch kan dit onmogelijk tot gevolg hebben, dat het geheele kadastrale perceel n°. 2285 door den kooper in eigen dom verkregen wordt, omdat de door ons recht gehuldigde regel: „Niemand kan meer rechten overdragen, dan hij zelf heeft" zich daartegen verzet. Het gedeelte I behoorde niet aan den persoon te wiens name na de hermeting het perceel n°. 2285 in den kadastralen legger gesteld werd: geen der rechtsopvolgers zal daarvan eigenaar kunnen wor den; aan de vermelding in de transportakten zullen zij geenerlei aanspraken kunnen ontleenen; de lijn b. blijft ondanks die ver melding hun eigendomsgrens. Om een beroep op de verjaring te kunnen doen eischt de wet be zit als eigenaar gedurende 20 of 30 jaar, welk bezit bovendien nog aan eenige andere voorwaarden moet voldoen. Op het terrein blijkt uit de aanwezige struiken, dat de gebruiks- grens reeds vele jaren in de buurt van de lijn c gelegen heeft. Uit fig. 2 volgt, dat de tegenwoordige eigenaar van het onroerend goed A geen bezitter is van het gedeelte I en dus niet door verjaring eigenaar van dat gedeelte geworden kan zijn. Ook de verjaring heeft niet bewerkt, dat na 1895 de kadastrale hermetingsgrens de eigendomsgrens geworden is. Conclusie: De door mij op het terrein uitgezette kadastrale grens is niet de eigendomsgrens. Het door die hermeting verkregen ka daster is geen eigendomskadaster en wordt het ook niet. Had de wet op de grensregeling bestaan en waren de grenzen overeenkomstig de daarin opgenomen bepalingen vastgesteld, dan was wel een eigendomskadaster verkregen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1935 | | pagina 59