87
van heden vaak op hinderlijke wijze aan den dag.
Van Nederlandsche zijde heeft de heer C o r s t e n deelgenomen
aan den arbeid in Commissie II, terwijl de overige deelnemers hoofd
zakelijk hun aandacht hebben gewijd aan den arbeid in Commissie
III, die geheel ligt op het terrein van de Nederlandsche practijk.
Van den arbeid in Commissie III op het gebied der constructie van
nieuwe instrumenten kunnen worden gememoreerd mededeelingen
van prof. Von Gruber en van ir. Max K r e i s over nieuwe
ontschrankingstoestellen, resp. van Zeiss en van W i 1 d. Prof.
C a s s i n i s uit Italië hield een belangwekkende voordracht over
een nieuwe constructie voor een dubbelbeeldapparaat van N i s t r i.
Op verzoek van den voorzitter van Commissie III hield onderge-
teekende een korte inleiding over de in Nederland geconstrueerde
apparaten en meer in het bijzonder over de motieven, welke tot de
toegepaste methoden en constructies hebben geleid. Hierbij kon
worden verwezen naar het uitvoerige Nederlandsche nationale rap
port, dat in de eerste aflevering van deel 8 van het Internationales
Archiv für Photogrammetrie is afgedrukt en dat o.a. een volledige
beschrijving der instrumenten bevat.
Behalve de constructie der instrumenten waren ook van beteeke-
nis de voordrachten en discussies omtrent de toepassing. Belang
wekkend waren mededeelingen van Finsche zijde over de nauw
keurigheid van de uitwendige oriënteering der luchtopnamen met
behulp van gelijktijdige afbeelding van den horizon, welke methode
zeker mogelijkheden in zich bergt. In het bijzonder zal deze werk
wijze goede resultaten kunnen bieden voor militaire doeleinden, wan
neer het er om gaat, in terreinen zonder of met zeer weinig vaste
punten op uiterst snelle wijze fotokaarten te vervaardigen met dra
gelijke nauwkeurigheid.
Belangrijke mededeelingen werden gedaan van Italiaansche zijde,
die aantoonden, dat ook kadastrale kaarten op schaal 1 1000 of
1 2000 zich in velerlei gebieden met succes met behulp van de fo-
togrammetrie laten vervaardigen. Zonder twijfel verschillen hierbij
de eischen van nauwkeurigheid eenigermate van de Nederlandsche,
doch dit verschil is niet zoo belangrijk, dat deze Italiaansche resul
taten ook niet voor de Nederlandsche practijk van beteekenis zou
den kunnen zijn.
Aan de luchttriangulatie, dit allerbelangrijkste vraagstuk uit de
luchtfotogrammetrie, is m.i. niet de aandacht besteed, die dit ver-