140 Vijftig jaar geleden. de Orde van den Ned. Leeuw de hoogleeraar Ir. G. H. van Mourik Broekman. Benoemd tot hoogleeraar in de afd. der alg. wetenschappen om onderwijs te geven in de theoretische en toegepaste natuurkunde Dr. E. C. Wiersma, con servator aan het Kamerlingh Onnes Laboratorium te Leiden. Benoemd tot hoog leeraar in de afdeeling der weg- en waterbouwkunde om onderwijs te geven in den aanleg en de exploitatie van wegen Ir. E. R. W. Hondelink, raadgevend ingenieur te Kobe (Japan). M.i.v. 1 -9-36 is de teekenaar van den Rijkswater staat Verheydt te Delft, benoemd om aan de studenten voor civiel-landmeter teekenonderricht te geven. In het programma 1936—1937 merken wij de volgende veranderingen op in de studie voor civiel-landmeter. In de plaats van het college Fundeeringen, onder bouw kunstwerken zijn gekomen: I Rijswerken, steenglooiingen. Dijkbouw. Dui nen en stranden. II Polderwezen. Landaanwinning: droogmakerijen, ontwatering, indijking. Hydrografie van Nederland. (Prof. Ir. J. W. Thierry) Kartografie wordt gegeven door Prof. Ir. W. Schermerhorn; hypothecaire en kadastrale administratie door Prof. J. M. Tienstra. Lector Mr. J. H. Jonas geeft: I Kennis van de met het Kadaster samenhangende bepalingen, voorkomende in verschillende wetten en besluiten (Onteigeningswet, woningwet, wegenwet, wet op de grondbelasting, notariswet, registratiewet en zegelwet). II Inleiding tot het burgerlijk recht. III Zakelijke rechten. Stelsels van grondboekhouding. In het programma staan op zijn naam ook de colleges betreffende Waarde en gebruik van den bodem: dit berust op een vergissing. Het college Ruilverkaveling en dat over het Indische Kadaster komen niet meer voor. Voor ingenieurs is thans door Prof. H. J. vanVeen een afzonderlijk college Nomografie ingesteld; in het pro gramma van de studie voor civiel-landmeter is dit nog niet opgenomen. Vraag en aanbod door bemiddeling van de administratie van dit Tijdschrift. Gevraagd: Cursus van de Ned. Vereen, v. Fotogrammetrie; van dit Tijdschrift de afleveringen 1917/6, 1923/3, 1927/2 en 4, 1929/4; id. 1892/2 en 1893/1 of 1892 en 1893 geheel. Aangeboden van dit Tijdschrift de afleveringen 1921/1 en 2 en van het Zeitschrift für Vermessungswesen de gebonden jaargangen 19201922 tegen verzending skosten. 21 September 1936. F. H. (Vervolg.) Waar nu in het Notariaat deze bekendheid wel verondersteld mag worden, is het verheugend, in het beschreven Wetsontwerp bevorderd te zien, dat de noodige aandacht wordt besteed aan het met zorg nagaan welk kadastraal per ceel geheel of gedeeltelijk voorwerp van een overeenkomst zal uitmaken. Als straf op gemaakte fouten is een boete gesteld van 10.—, door den notaris te verbeuren, tenzij vóór het constateeren van de overtreding de fout bij een nadere akte reeds hersteld was. Dat een fout gemaakt is, zal in veel gevallen niet spoedig blijken. Toch kan het licht voorkomen, wanneer de overeenkomst cultuurperceelen betreft, wier grenzen veel beweeglijker zijn dan de grenzen van eigendomsperceelen.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1936 | | pagina 138