180
gebieden daartusschen, waar de korte assen uitkomen, een tekort.
Inderdaad werden met deze expedities wijd verspreide afwijkin
gen van de normale zwaartekracht gevonden, zoodat het bestaan
van afwijkingen van den regelmatigen omwentelingsvorm bevestigd
werd: in den N, Atlantischen Oceaan werd een teveel aan zwaarte
kracht aangetroffen, dat plotseling optrad bij het bereiken van
diep water aan het eind van het Kanaal, en in den Stillen Oceaan
werd eveneens een teveel aangetroffen, dat ook hier aan den con-
tinentsrand van N, Amerika met een sprong voor den dag kwam
Dit sprongsgewijs optreden van deze velden van teveel aan
zwaartekracht aan den rand der continenten gaf intusschen aan
velen, met den Spreker, den indruk, dat men hier te doen had
met afwijkingsvelden. die op de een of andere wijze met de ver
spreiding van vastelanden en oceanen samenhangen en niet met
een gevolg van een afplatting in het vlak van den equator. De
meeste geodeten bleven echter aan de afplattingshypothese vast
houden. Zij merkten op, dat deze oceanen vrijwel diametraal te
genover elkaar liggen en dat deze velden dus zeer wel te verklaren
waren door het aannemen van een afplatting de lange as zou
dan in den Atlantischen en den Stillen Oceaan uitkomen terwijl
voor het plotseling aan den continentsrand optreden er van een
plaatselijke massastoring kon verantwoordelijk gesteld worden,
waarvan het effect zich bij dat van de afplatting voegt.
Het was niet te ontkennen, dat voor beide verklaringen wat te
zeggen viel en dat het probleem dus niet als opgelost kon be
schouwd worden. Van een oversteek van den Z. Indischen Oceaan
zou echter een beslissing te verwachten zijn, omdat deze oceaan
tusschen de andere oceanen ligt en dus volgens de afplattings
hypothese in het gebied van de korte as zou moeten liggen en een
zwaartekrachtstekort zou moeten vertoonen, terwijl hier, als de
afwijkingen met de oceaan-continentverspreiding zouden samen
hangen, een teveel zou moeten verwacht worden. De oversteek met
de K II tusschen Socotra en Sabang kon deze beslissing niet geven,
daar hier tengevolge van de nabijheid van de groote massastoringen
van de Himalaya-korstplooiing zwaartekrachtsafwijkingen van re
gionalen aard optreden, die het beeld compliceeren.
Het bovenstaande is de reden geweest, dat de Rijkscommissie
voor Graadmeting en Waterpassing, voor welke Spr. deze zwaar
tekrachtsonderzoekingen uitvoert, zich tot den Minister van Defen-