189
2. Tijdschriften.
In 131 wordt gegeven de vereffening van een veelhoeksmeting met de bous-
sole, welke foutief is. Er worden n.l. door aftrekking van boussole-aflezingen
brekingshoeken bepaald en met deze wordt gehandeld als met theodolietwaar
nemingen, waardoor juist de gunstige foutenvoortplanting bij boussolemeting
niet tot zijn recht komt.
In 135 wordt bij de vereffening van een driehoeksnet, waarin meer dan één
basis is gemeten, voor de berekening van slechts één basis gebruik gemaakt;
terwijl de andere zouden dienen voor controle.
In 138, centreeren van hoekmeting, wordt gezegd dat de lengte van de ex
centriciteit bij torens e.d. moet worden afgeleid uit de afmetingen van het ge
bouw, een vrij bedenkelijke methode.
Een waardeerend woord vooraf tot aanbeveling werd geschreven door Prof.
ir. W. Schermerhorn. S. E.
Afkortingen. Zie blz. 97. JB Journal du Géomètre-Expert (België). TK
Tijdschr. v. h. Kon. Ned. Aardr. Genootschap.
Foutentheorie. Reek: Zur Bestimmung der mittl. Fehlerellipse bei Doppel-
punkten mit Hilfe der Gewichtsreziproken Q unter Verwendung der Eggertschen
Tafeln. Z 16. Möhle: Die Definition des „mittleren Punktfehlers" und der
„mittleren Fehlerellipse". Z 19.
Hoogere Geodesie. Schwidefsky: Zur geodatischen Anwendung der
Methode der gleichen Höhen. A 20. Comptes rendus de la cinquième Assem-
blée générale de 1 Association de Géodésie de l'Union Géodésique et Géophysi-
que Internationale. BG 45, 46. Vening Meinesz: Interpretation des
anomalies de la pesanteur. BG 46. Holweck: Description du nouveau
gravimètre Holweck-Lejay. BG 46. W i 11 i n g Mean Sea Level and its
changes. BG 46. R o t h Rapport sur les travaux effectués en vue de
1 Atlas géophysique. BG 46. Jelstrup: L'équation de Laplace aux ,,hau-
tes latitudes". BG 50. 01 t a y La précision des comparaisons de longueur
avec des fils d invar. BG 50. Hunziker: Réception des signaux horaires
rythmés a l'aide de coincidences. BG 50. Danger: La figure de la terre
et la mesure d'arcs de méridiens. J 189. Bennett: Topographical and
Geodetic Surveying. AS 2. G i g a s Aufgaben der Erkundung bei der
Triangulation I.O. Z 16. Sopotzko: Polygonation et Canevas de base.
J 190. B e 1 o tProblèmes d'astronomie géodésique de position. JB 50.
Lambert: Geodetic astronomy in the United States. BG 47. Lambert:
L'opération internationale des Longitudes de 1933. Principes de la méthode de
réduction et calcul des résultats. BG 48. S c h i v e Laplace-azimuth on high
latitudes. BG 48. H r i s t o w Potenzreihen zwischen den konformen ebenen
Koordinaten und den geographischen Koordinaten und umgekehrt, angesetzt für
einen beliebigen Anfangspunkt. Z 17. Hristow: Ueber eine möglichst
gute Abbildung des Erdellipsoids auf die Kugel. Z 19. Miller: Reduction
of circum-meridian observations. AS 3.
Afstandsmeting. Radicke: Tachymetrische Aufnahmen mit besonderer
Berücksichtigung des Bosshardt-Zeiss-Reduktionstachymeters. A 20. Hun-
