28
Literatuuroverzicht (Bibliotheek).
De Voorzitter kon zijn openingsrede dan ook besluiten met de verklaring, dat
hij goeden moed had voor de toekomst der vereeniging, waarin belanghebbenden
en belangstellenden, zoowel corporaties als personen, elkander kunnen ont
moeten om in het belang van de ruilverkaveling werkzaam te zijn.
Het jaarverslag van den Secretaris, dat uitvoerig melding maakte van de pro
paganda voor Ruilverkaveling van de buitenpolders te Eemnes en een belang
wekkende lezing daarover bevatte van den Heer Ir. A. G. S w a r t, werd onver
anderd goedgekeurd.
De aftredende bestuursleden, de Heeren J. C. van Beek en Dr. Ir W. J.
D r o e s e n, werden herkozen en als afgevaardigde naar de Alg. Verg. van
de Ned. Heide Mij. in 1936 werd aangewezen de Heer Mr. H. I w e m a.
Daarna hield de Heer H. J. van Leusen een voordracht over „25 jaar
Ruilverkaveling
Het zou ons te ver voeren deze lezing uitvoerig te behandelen te meer, wijl
zij hoofdzakelijk de geschiedenis van het ontstaan der wet en de werkzaamheid
van de Hoofdafdeeling behandelde en de getrouwe lezers van dit tijdschrift door
de redactie daarvan vrij volledig hierover op de hoogte zijn gehouden.
Duidelijk bleek evenwel uit de lezing dat de propaganda een der voornaamste
punten is om tenslotte tot ruilverkaveling te komen en dat voor die propaganda
aan de Hoofdafdeeling en, zooals de Voorzitter aan het slot zeer terecht op
merkte, aan den Heer H. J. van Leusen, groote verdiensten toekomen.
Wij onderschrijven deze meening hier volgaarne en willen er onze voldoening
over uitspreken, dat ook voor de toekomst gerekend mag worden op een goede
samenwerking voor de propaganda tusschen de Hoofdafdeeling en de Autori
teiten en Cmmissie, belast met de leiding inzake ruilverkavelingswerkzaamheden.
Mocht er al even stagnatie geweest zijn, nu kan het weer full speed vooruit
gaan, want nog steeds gelden de woorden, uitgesproken door wijlen Dr. P.
van Hoek, Dir. Gen. van den Landbouw op de alg. verg. van de Hoofd
afdeeling te Utrecht op 29 Maart 1923: „Propaganda is het begin en het einde,
ononderbroken moet zij plaats vinden".
Ook voor de leden van K. en L., en wel speciaal voor de districtslandmeters,
blijft hier een taak weggelegd. Laat ieder in zijn eigen omgeving zijn oogen den
kost geven en zoo noodig de belanghebbenden, de Centr. Commissie en de Hoofd
afdeeling opmerkzaam maken op mogelijkheden tengevolge van Ruilverkaveling.
O. J. JONAS.
Aanwinsten van de bibliotheek der Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde.
S u c k o w-E 11 e r h o r s t. Ueberblick über das deutsche Vermessungswesen.
(Zie dit tijdschrift, jg. 1935, blz. 225.)
T a r d i. Traité de Géodésie. (Zie dit tijdschrift, jg. 1935, blz. 147.)
Lenz. Die Rechen- und Buchungsmaschinen. VI 122 blz. 16 X 23 cm, ing.
Berlin, 1932.
Festschrift Eduard Dolezal. XL 198 blz. 16 X 25 cm, gec. Wien, 1932.
