66 derniseering der voorschriften; samenwerking: economische arbeidsverdeeling; en eindelijk erkenning van den particulieren landmeter: verbreeding van het ter rein der landmeetkunde. Door dit geheele complex van maatregelen zijn in de laatste vijf jaar belang rijker wijzigingen aangebracht dan in de eeuw, welke daaraan voorafging. Daardoor zal het mogelijk zijn ook de landmeetkunde buiten het Kadaster op een hooger peil te brengen en zal de centrale leiding van het Kadaster de verdere ontwikkeling blijven beheerschen. 3e. Het instituut van buitengewoon landmeter van het Kadaster. De moge lijkheden, welke deze functie biedt, liggen niet alleen op het gebied, dat thans door den kadastralen dienst bestreken wordt, maar ook op het terrein van de verwante gebieden en van andere overheidsinstellingen: a. inrichting van landmeetkundige diensten bij provincies en groote gemeenten onder deskundige leiding; b. verzorging van alle landmeetkundige behoeften der kleinere gemeenten; c. particuliere bureaux. Thans is de toestand zoo, dat het Kadaster door de beschikking over een waardehebbend archief, de routine van den dienst, de onpartijdigheid en den waarborg, dat voor het werk een billijk loon wordt berekend, zoon grooten voorsprong heeft, dat part. landmeters wel tijdelijk eenige opdrachten kunnen verkrijgen, maar toch geen blijvenden loonenden werkkring kunnen veroveren. Nu geeft het Kadaster dezen voorsprong prijs en laat ook den part. landmeter van den „goodwill'' profiteeren. Van concurreeren ten opzichte van de prijzen behoeft geen sprake te zijn, omdat hun kracht moet liggen in „service", in spoed en behandeling der opdrachten in vollen omvang. Als voorbeeld noemde spr. bouwgrondexploitatiemaatschappijen, groote verkavelingen en veilingen. Verder komen in aanmerking de werkzaamheden betreffende het beheer van vaste goederen, in het algemeen alles wat met het grondverkeer samenhangt. De opleiding wettigt daarvan een juiste behandeling, terwijl de officieele be noeming een waarborg voor betrouwbaarheid moet zijn. Taxaties en aankoopen voor rijksdiensten zullen eventueel bij voldoende locale kennis verricht kunnen worden (Waterstaat, vermogens- en successiebelasting); ook zijn de btg. land meters als officieele personen aangewezen, de taxaties te verrichten, welke de kantonrechter ten behoeve van minderjarigen aan deskundigen opdraagt. De tijd zal voorts moeten leeren, in hoeverre zij er in zullen slagen, het ver trouwen van hypotheekbanken te winnen. Maar op het gebied van de makelarij raadt spr. in den beginne groote voorzichtigheid aan. Aan het einde van zijn causerie stelde spr. voor oogen het groote vertrouwen, dat de Regeering in het nieuwe instituut stelt, de hulp en voorlichting der hoog leeraren, ook na voltooiing van de studie en de steun, die, naar hij hoopte, door de landmeters van het Kadaster zal worden verleend en die hij voor zich per soonlijk gaarne toezei. Na afloop van de causerie werden vragen gesteld door de heeren Van der Werff, Scheffer, Van der Molen en Hof, welke door spr. voor zoover hem zulks mogelijk was, werden beantwoord.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1936 | | pagina 66