15 gunstigste moment van azimuthsbepaling door meting van de hoogte van de ster. Zooals de Heer M e e r te n s reeds medegedeeld heeft, is de coëfficiënt van A h gelijk aan Deze waarde is minimum cos h voor cotg P 0 of P 90°. Voor sterren met een declinatie groo- ter dan de breedte cp is dus het gunstigste moment van waarnemen hetzelfde als bij de methode met den uurhoek. Hoe staat het nu met de sterren met een declinatie kleiner dan <p 1 Daartoe schrijven we de formule cotg Pcotg Pcos 2 tg cp sin 2 cos t cos h sin z sin t sin z cos 2 tg cp sin 2 cos t sin t 1 (sin cp sin 2 cos cp cos 2 cos t)2 (cos 2 tg cp sin 2 cos t) (1 sin2 cp sin2 2 cos2 cp cos2 2 cos2 t 2 sin cp sin 2 cos cp cos 2 cos t) Va sin t Voor een minimum hiervan moet deze functie, gedifferentieerd naar de veranderlijke t, nul zijn. Ik moge den lezer de lange uit werking besparen, doch volstaan met het vermelden van de vierde- machtsvergelijking, die van dit differentieeren het resultaat is. Ze luidt: cos„ tg? (3 cos» 3- 1) sin 2 cos 2 tg cp (2 tg2 cp cos2 3) 1 sin 2 cos 2 cos2 2 Hieruit is de onbekende cos t het gemakkelijkst met behulp van de benaderingsmethode op te lossen. Het resultaat van deze be rekeningen is voor cp 52°20'55" en 2 van 20° tot 52°20'55" vastgelegd in het nomogram (gedeelte A). Evenals bij de methode met den uurhoek is de bij den uurhoek t behoorende zenithsaf- stand z geconstrueerd benevens het verloop van de kromme voor- coto P stellende de functie Voor aequatorsterren geldt ook hier, dat het gunstigste moment van waarnemen is bij hun opkomen of onderg aan. De waarde CC)t? is hier echter weer het grootst, sin z n.l. tg cp 1,296. -|rrCOS t 0.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1937 | | pagina 15