183
Vijftig jaar geleden.
Centrale Cultuurtechnische Adviescommissie. Van Ged. Staten van Noord-
Brabant werd ontvangen een aanvraag om ruilverkaveling van het Diessensche
Broek onder de Gemeenten Hilvarenbeek en Diessen, ter grootte van 150 ha,
en van Ged. Staten van Noord-Holland een aanvraag om ruilverkaveling van
gronden in het Waterschap De Buitendijken tusschen Naarden en Muiderberg,
ter grootte van 135 ha.
Monument. Volgens een persbericht hebben B. en W. van Delft op grond
van aesthetische bezwaren het verzoek tot oprichting van het monument, waarover
wij op blz. 108 van dezen jaargang bericht hebben, afgewezen.
Technische Hoogeschool. Blijkens het Programma 1937/1938 wordt voortaan
het college Foutentheorie door Prof. J. M. Tienstra en het college Astronomische
Plaatsbepaling door Prof. Ir. W. Schermerhorn gegeven.
Internationaal Aardrijkskundig Congres Amsterdam 1938. De officieele
opening zal plaats vinden op 18 Juli 1938 te 2 uur n.m. in de Groote Zaal
van het Goncertgebouw te Amsterdam en de sluiting van het Congres zal ge
schieden in het gebouw van de Kon. Akademie van Wetenschappen te Amster
dam op 28 Juli d.a.v. Het Koloniaal Instituut te Amsterdam is de zetel van het
Congres en tevens van het secretariaat.
De Heer A. C. J. Hof, landmeter van het Kadaster te Amsterdam, lid van het
Hoofdbestuur van de N. L. F., zal als afgevaardigde van de N. L. F. aan het
Congres deelnemen.
De regelingscommissie heeft voor dit Congres o.a. de volgende onderwerpen
aan de orde gesteld:
Sectie I. Kartografie (voorzitter: Prof. Dr. C. F. Baeschlin, Zürich; leider: Prof.
Ir. W. Schermerhorn)1. Aanpassing van de topografische kartografische voor
stellingen aan de fotogrammetrische praktijk, in het bijzonder met betrekking tot
de hoogtelijnen (rapporteur: Prof. Dr. R. Finsterwalder, Hannover). 2. Ontslui
ting van onbekende gebieden door middel van luchtfotografie (rapporteur: Major
R. L. Brown, Southampton). 3. Vraagstukken uit het gebied van de kaartpro-
jectieleer (rapporteur: P. Tardi, Parijs). 4. Aanbieding van nieuw kartografisch
werk (rapporteur: C. A. J. von Frijtag Drabbe, 's-Gravenhage).
Sectie IV. Geschiedkundige Aardrijkskunde en Geschiedenis der Aardrijkskunde
(voorzitter: Prof. Graaf Paul Teleki, Budapest; leider: J. Keuning, Schiedam).
1. Geschiedenis van de aardmeting en van de geografische plaatsbepaling, mede
in verband met het kaartbeeld in den loop der tijden. 2. De invloed van de
Renaissance op de geografie in verband met de hernieuwde studie van Ptole-
maeus. 3. Betwiste en onzekere punten in de uitlegging van de kaarten, meer in
het bijzonder van die uit den tijd der groote ontdekkingen.
Nadere gegevens te bekomen bij de Administratie van dit tijdschrift.
23 September 1937. F. H.
(Vervolg van blz. 156.)
Bij de vroegere opleiding voor landmeter deed zich de moeilijkheid gevoelen,
dat de studie van de methode der kleinste kwadraten kennis gewenscht maakte
