209
bestaan; misschien, maar wij weten dit niet, beschikt het Departe
ment er over. In dat geval zouden wij publicatie of ter beschikking
stelling kunnen verzoeken en mochten ze ontbreken, dan lijkt het
toch niet ondoenlijk, ze alsnog te verzamelen; in de laatste jaren is
er toch wel een en ander gebeurd, opdat we met succes de kosten
er van aan de weet kunnen komen. De leiders van de bestaande her
metingen en misschien ook enkele andere collega's, die in hun werk
een soort van boekhouding hebben bijgehouden, zouden belangrijke
gegevens kunnen verstrekken.
Wij kunnen in dit verband niet nalaten het groote nut voor oogen
te stellen, dat een zakelijke bedrijfsboekhouding voor ons dienst
vak zou kunnen hebben; bij een beoordeeling van de kosten van
een hermeting komt dit direct naar voren, maar ook voor het P.W.,
de uitvoering van Ministerieele opdrachten voor andere departe
menten e.d. zou zoo'n boekhouding een goed beeld kunnen geven
van de diensten, die het kadaster aan den Staat bewijst. In elk
geval, ten opzichte van het onderwerp van mijn inleiding blijkt het
ontbreken van een boekhouding wel een ernstig nadeel te zijn.
Ondanks het feit, dat we dus niet kunnen antwoorden op de
vraag, hoeveel de uitvoering van een urgentie-program zou moe
ten kosten, het is geen argument, om nu maar te zeggen, dat het
niet gaat. Er dient nu eenmaal een spoedig begin gemaakt te wor
den met de hermetingen. Voor elk werk van algemeen belang
moeten de noodige financiën gevonden worden; voorloopig lijkt de
vorming van een in den aanvang bescheiden fonds, de aangewezen
weg. Daarnaast kunnen bijdragen in de kosten verwacht worden
van de gemeenten, die belang hebben bij een hermeting.
Echter ook binnen het raam van het gewone, alledaagsche werk
kunnen belangrijke bijdragen worden geleverd om ons kadaster te
vernieuwen en wij weten, dat tal van collega's reeds op dezen weg
zijn voorgegaan. Het is bij ons zoo langzamerhand gemeen goed
geworden, steeds zooveel mogelijk oude meetlijnen te gebruiken;
we krijgen zoo meer verband en beter vergelijkingsmateriaal. Maar
er kan meer gebeuren: de verzekering van deze meetlijnen door
buizen, piketten, Kadsteenen, zelfs al is er voorloopig geen kans
op een hoekmeting, is van buitengewoon groot nut. Kiest men zijn
meetlijnen daarenboven telkens met de gedachte; „hoe zou ik poly-
goneeren, als ik hier hermeten moest dan verkrijgt men op den