237 den verstrekt. Al zijn er dus vele gevallen, waarvoor het Kadaster gratis zijn gegevens beschikbaar moet stellen aan de gemeenten en dit kan eerst nadat hermeting heeft plaats gehad die gegevens zijn meestal voor zooveel doeleinden noodig en nuttig, dat bijna altijd een bijdrage van de Gemeente in de kosten van de hermeting ge motiveerd zal zijn. Hoe groot deze bijdrage moet zijn en in welken vorm, zal voor iedere Gemeente afzonderlijk bezien moeten worden. De belangen, waarvoor gratis verstrekking juist is, dienen afge wogen tegen de belangen waarvoor vergoeding gemotiveerd is, ter wijl ook de belangen die het Kadaster zelf bij een hermeting heeft, moeten meespreken bij de bepaling van de grootte van de bijdrage. Velen Uwer zou ik waarschijnlijk teleurstellen indien ik hier geen aandacht schonk aan den Buitengewoon landmeter van het Ka daster. Om niet misverstaan te worden wil ik er den nadruk op leggen, dat ik hieronder wil verstaan den functionaris, zooals hij gedacht is in het rapport van de Commissie ingesteld bij resolutie van 29 November 1934 afd. Hypotheken en Kadaster, kortweg ge noemd de Commissie-Schermerhorn, en dus niet iederen academisch gevormden landmeter. De Commissie ziet door de officieele benoeming van een in Ge meentedienst zijnden bevoegden landmeter tot buitengewoon land meter van het Kadaster, het verkrijgen langs natuurlijken weg van een samenwerking tusschen de Gemeente en het Kadaster. Zelfs meent de Commissie, dat daardoor in sommige grootere provincie steden een eigen landmeetkundige dienst binnen het terrein van de mogelijkheden wordt gebracht. Ook ziet de Commissie in sterke mate voor die Gemeenten, die een eigen Grondbedrijf exploiteeren, de mogelijkheden op landmeet kundig gebied aanzienlijk verbeterd door de benoeming van den btg. landmeter van het Kadaster in Gemeentedienst. De Commissie heeft hierbij waarschijnlijk uit het oog verloren, dat in een Grond bedrijf alleen privaatrechtelijke eigendommen zijn ondergebracht, althans behooren alleen deze gronden er in ondergebracht te zijn. Het Grondbedrijf is gelijk te stellen met iederen anderen grond eigenaar. Indien twee particulieren een koopovereenkomst aangaan, zal wel niemand mij betwisten, wanneer ik zeg, dat het onjuist is dat één

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1937 | | pagina 237