COMMISSIE I Landmeetkundige techniek.
De Voorzitter opent de vergadering en spreekt zijn voldoening
uit over het groote aantal aanwezigen. Aan de orde stellend het
rapport van Prof. J. M. Tienstra „Beschouwingen over de
nauwkeurigheid van de veelhoeksmeting" vermeldt hij enkele kleine
drukfouten, welke in de publicatie zijn ingeslopen, n.l.:
le de breuk in het 2e lid van formule (2) m. z. n
n n
2e in de formule op blz. 2 tweede regel v.b. moet sin vervangen
worden door cos;
3e de 17e regel van onderen op blz. 9 moet gelezen worden
Prof. T i e n s t r a vervolgens het woord verkrijgende voor het
geven van een toelichting op zijn rapport, vangt aan met te wijzen
op de onvolledigheid van de literatuur, welke over dit onderwerp
bestaat. Wel komen hierin voor nauwkeurigheidsbeschouwingen
over de veelhoeksmeting met als foutenbronnen:
a. de toevallige fouten van de lengtemeting,
b. de centreerfouten en
c. de fouten van de hoekmeting,
maar nimmer wordt daarbij aandacht geschonken aan twee andere
foutenbronnen n.l.:
le de fouten in de coördinaten van de gegeven punten,
2e de systematische fouten in de lengtemeting.
In zijn rapport heeft spreker rekening gehouden met alle vijf
hiervoor genoemde foutenbronnen en hij is uitgegaan van de ver
effeningsmethode, waarbij elke hoek een gelijke correctie verkrijgt
en de coördinatenverschillen gecorrigeerd worden evenredig met
de lengten van de zijden.
Voor de coördinaten van een willekeurig punt heeft hij afgeleid
de formules (5) en (6) van pag. 2, welke beschouwd moeten wor
den met formule (2) pag. 1 en waarin voorkomen de gemeten hoe
ken en lengten en de gegeven coördinaten.
Op (5) en (6) moet nu de voortplantingswet van de fouten toe-
Voorzitter: M. H. Heines. RapporteurE. Prinsen.
T) Van „Rapporten ingediend bij de commissies" zijn nog eenige exx. ver
krijgbaar a 1.per stuk bij de administratie van dit tijdschrift.