277
maarhij was van dat doel reeds lang overtuigd.
Waar hij gaarne praktisch wilde werken, gaf hij in overweging de lezing ter
kennis te brengen van de daarvoor in aanmerking komende Departementen en
tevens van de Vereeniging van Ned. Gemeenten, om deze laatste te mobilisee-
ren als steun in den rug bij eventueele hermetingsaanvragen.
De heer H o u b e n meende bij zijn meening te moeten persisteeren, dat de
gemeente Eindhoven wel een universitair gevormd landmeter zou kunnen aan
stellen. Deze gemeente vraagt steeds allerlei kadastrale stukken ter inzage, welke
nu slechts met aarzeling verstrekt kunnen worden, aangezien niet bekend is, wie
ze beoordeelt en gebruikt.
De heer Stoorvogel merkte op, dat feitelijk Eindhoven, waar reeds rond
40 km2 hermeten is en het resteerend gedeelte van Kad. steenen langs de wegen
is voorzien, een bijzonder geval is, waar een middelbaar technisch ambtenaar, die
met den dienst en het werk aldaar opgegroeid is, goed werk kan doen, tot een
maal een juistere bezetting bereikt kan worden.
Bij de rondvraag dringt de heer G o v e r s aan op publicatie van de lezing
van den heer Funnekotter in het tijdschrift.
Daarna sprak de Voorzitter een slotwoord, tevens dankwoord tot allen die mee
gewerkt hadden om het Congres te doen slagen en wel in het bijzonder tot de
Voorzitters en Rapporteurs van de Commissies en tot de Regelingscommissie te
Eindhoven, welke zorg gedragen had voor een goede accomodatie en tevens
in samenwerking met de Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde voor
een werkelijk prettig verblijf te Eindhoven.
De heer J. Z ij 1 s t r a J.Tzn. was ten slotte aller tolk, toen hij eenige welge
kozen woorden van dank uitte aan het adres van den Voorzitter voor de goede
en prettige leiding van dit geanimeerde Congres.
O. J. JONAS, Secretaris N. L. F.
Le deuxième congres annuel de la Fédération Topométrique Néerlandaise.
Le congres a été trés animé. Dans la séance plenaire l'ingenieur Funnekotter,
sous-directeur des travaux publics a Eindhoven, a fait une conférence sur „la to-
pométrie au point de vue des besoins de la commune" (voir page 214). Quant
aux discussions dans les commissions nous remarquons:
Commission „Technique topométrique"
Prof. Tienstra (Delft) a expliqué ses formules sur la précision de la poly-
gonation. Prof. Von Gruber (Jena) doute de la conclusion concemant
l'orientation et critique l'affirmation que 1'orientation doit être située dans la di
rection du point de départ ou final du polygone.
Prof. Schermerhorn (Delft) a montré quelques théodolites nouveaux de
Wild, Zeiss et Hildebrand et un nouveau tachéomètrethéodolite de De Koningh.
M. H a r k i n k (Rotterdam) a présenté quelques machines a calculer et sou-
ligné quelques perfectionnements a la machine Brunsviga-Nova.
II. Commission „Photogrammétrie et Cartographie"
M. Hamelberg (Maestricht) a fait une conférence sur „l'emploi d'aéro-
photos pour améliorer et compléter les cartes cadastrales" et informé l'assem-
blée des résultats qu'il avait obtenus. On avait employé des aéro-photos a
l'échelle de 1 a 10.000, redressées sur papier „correctostat", ensuite on avait
tiré a l'encre de Chine les lignes qu'on voulait emprunter a la photo, puis blanchi
l'image photographique. Finalement la carte a 1/10.000 qu'on avait obtenue de
cette manière a été agrandie au moyen de la photographie a l'échelle de la carte
cadastrale.