79
toonen precies wélke vaart het met de devastatie loopt en precies
hóe snel de reserve aan grond, die men nog meent te hebben, op
raakt. Men moet, als men dit tracht te doen, zich al zeer spoedig
op het terrein van schattingen begeven. Deze zijn op zich zelf nut
tig en noodig. Maar nog noodzakelijker is het die schattingen te
vervangen door deugdelijke, wel gecontroleerde cijfers.
U zult bemerkt hebben, Dames en Heeren, dat wij met het op
sporen van deze cijfers op zuiver geodetisch terrein zijn aange
land. Ik kan deze inleiding hier beëindigen met de opmerking, dat
aldus ongedwongen eens te meer wordt aangetoond hoe zeer een
richtig gebruik van den grond goede geodeten noodig heeft. En
hoezeer die geodeten dienen te weten, hoe het met het gebruik van
den bodem is gesteld.
Het zij mij thans veroorloofd voor mijn benoeming tot lector aan
deze Hoogeschool een eerbiedig woord van dank te mogen uit
spreken aan Hare Majesteit de Koningin.
Heeren Curatoren der Technische Hoogeschool,
Het vertrouwen, dat U, door mij voor deze betrekking voor te
dragen, getoond heeft in mij te stellen, wordt door mij op hoogen
prijs gesteld. Ik dank U daarvoor en ik geef U de verzekering, dat
ik mij ten volle aan deze taak zal geven.
Hooggeleerde Berkhout,
Dat U, mijn leermeester, er niettegenstaande Uw hoogen ouder
dom met Uw bekende vitaliteit geen bezwaar in heeft gezien, heden
middag hier tegenwoordig te zijn, verbaast mij feitelijk niet, maar
verheugt mij uitermate. Het geeft mij gelegenheid, ook van deze
plaats te getuigen hoe onnoemelijk veel ik in het leven, zoowel in
wetenschappelijk als in ander opzicht, van Uw lessen heb gepro
fiteerd en U nogmaals te danken voor Uw leiding in mijn jonge
jaren en voor Uw vriendschap toen en later.
Heeren Professoren en verdere Docenten dezer Hoogeschool,
De plaats, die ik in Uw midden zal hebben in te nemen, gevoel
ik als een zeer eervolle onderscheiding. Ik ben er van overtuigd,
dat ik op velerlei gebied Uw hulp en voorlichting bij het vervullen
