179
Aanwijzing van candidaten voor de verkiezing van een Voorzitter van het
Dagelijksch Bestuur van de N.L.F. wegens periodieke aftreding van Prof. J.
M. Tienstra (herkiesbaar).
Het bestuur beveelt aan Prof. Tienstra weder candidaat te stellen.
Aldus wordt bij acclamatie besloten.
Besprekingen in verband met het lidmaatschap van de Internationale Land
metersfederatie.
De Voorzitter deelt mede, dat de heer Heines als vertegenwoordiger
van K. en L. heeft deelgenomen aan het juist gehouden Internationaal Land
meterscongres te Rome en zich thans nog op reis bevindt.
De heer Heines heeft een schriftelijk verslag toegezegd.
De heer Smit vraagt, of het aan het bestuur bekend is, dat de Regeering op
royale wijze vertegenwoordigers heeft gezonden naar het Internationaal Con
gres voor Fotogrammetrie, echter op minder royale wijze naar het Landmeet
kundig Congres en informeert of het bestuur hierover tevreden is.
De Voorzitter beantwoordt de eerste vraag bevestigend, de tweede
ontkennend.
De Ministers van Defensie en Financiën hebben voor het Landmeetkundig Con
gres te zamen één vertegenwoordiger aangewezen in de persoon van den heer
Hamelberg.
Het bestuur had gehoopt, dat het aantal gedelegeerden grooter zou zijn. Tal
van minder met aardsche goederen bedeelde landen komen met grootere delega
ties te voorschijn.
Het bestuur heeft in een adres aan den Minister van Financiën gevraagd om
aanwijzing van een regeeringsvertegenwoordiger uit kadastralen kring, met toe
kenning van vergoeding wegens reis- en verblijfkosten. Verder kon het bestuur
niet gaan.
Prof. Tienstra is niet geheel tevreden over de regeling van de vertegen
woordiging op internationale congressen. Het is overal gemakkelijker vertegen
woordigers te verkrijgen dan bij Financiën. Het is spreker niet duidelijk, hoe
een dergelijke regeeringsdelegatie wordt benoemd. Het ligt op den weg van
het bestuur, daarnaar eens te informeeren.
Thans zijn de delegaties in hun samenstelling geen afspiegeling van de Ne-
derlandsche verhoudingen op landmeetkundig gebied. Zoo had bv. de Topo
grafische Dienst drie vertegenwoordigers te Rome.
De Voorzitter antwoordt, dat ten Departemente aan het bestuur is mede
gedeeld, dat dergelijke delegaties worden benoemd door den Ministerraad. Het
bestuur zal de zaak nogmaals gaan bespreken.
Bespreking van tijd en plaats van de volgende vergadering.
De Voorzitter stelt allereerst de vraag, of men het volgend jaar een
ééndaagsche of een tweedaagsche vergadering prefereert.
De heer Tichelaar meent, dat dit afhangt van den tijd, dien men kiest.
Spreker stelt voor, het volgend jaar in het voorjaar samen te komen, in aan
sluiting aan het Landmeetkundig Congres.
De heer Go vers vindt een bezwaar van deze samenkoppeling, dat we ons