182 op 1 a 1000 1200 ha 1250 250 2000 700 2500 1250 Hiervan zijn hermeten, al of niet aangesloten, de 1900 ha op schaal 1000 en 2000; de kom in Loosdrecht ad 200 ha wordt hermeten. Resten ons 1050 ha op schaal 2500 en 250 ha op schaal 1250 (dit laatste is de binnenstad Utrecht), welke noodzakelijk hermeten moeten worden en die wij als achterstand zouden willen beschouwen. De groepen A en B geven voor bebouwde kom plus kleine uitbreidingsplan nen een grootte van 2200 ha op schaal 2500. Zoodat wij in totaal komen voor de westelijke helft van Utrecht aan uitbreidingsplannen en bebouwde kommen op 2900 5100 8000 ha. Hiervan is hermeten 600 2000 2600 ha; en in be handeling (Loosdrecht) 800 200 1000 ha. Zoodat wij op het urgentieprogram voor het kantoor Utrecht in totaal willen brengen 1000 ha uitbreidingsplan; en als achterstand beschouwen 3400 ha be bouwde kom. Hierna volgt een levendige gedachtenwisseling over de inleiding van den heer Stoorvogel. De heer De Korver verklaart met veel genoegen naar deze inleiding te hebben geluisterd en het er in groote trekken geheel mee eens te zijn. Hij wil er een paar welwillende kantteekeningen bij maken. Allereerst de kwestie van de grensregelingDe inleider heeft er bezwaar te gen, dat men door een technische handeling een juridische grens wijzigt. Maar dat gebeurt dagelijks bij den gewonen dienst. Het middel van redres is bij het Kadaster een kostbaar instituut, dat spreker niet gaarne zou willen missen. De bezwaren er tegen zijn hoofdzakelijk van theoretischen aard, omdat er in de practijk bijna nooit moeilijkheden door ontstaan. In de tweede plaats iets over de personeelsformatie. In Lonneker (Enschede) is een hermeting gaande van ongeveer 100 plans. Daar bestaat het personeel uit 2 landmeters, 3 veldassistenten en 3 teekenaars. Deze formatie is gebleken doeltreffend te zijn. Inleider wenscht per hermetingsbureau eveneens 2 land meters en 3 veldassistenten, maar 5 teekenaars. In totaal becijfert inleider voor zijn hermetingsdienst 60 teekenaars. Volgens sprekers opvatting zou kunnen worden volstaan met 38, indien men, zooals de heer Stoorvogel wil, 25 landmeters en 35 veldassistenten te werk stelt. Ten derde de verdeeling van de kosten. Volgens inleider bestaan hiervoor geen vaste regels. Spreker meent van wel. In het algemeen geldt de bepaling, dat ten laste van de gemeente komen: de arbeidsloonen, de kosten van het ver zekeringsmateriaal en de verstrekking van kantoorruimte. In bijzondere gevallen neemt het Rijk alle kosten voor zijn rekening, bv. wanneer geen enkele garantie kan worden gegeven ten aanzien van den tijd van gereedkoming van de her meting En ten slotte: wil men een aparten hermetingsdienst, laat men dan wel bedenken, dat het Departement steeds redeneert: best, maar gewone dienst gaat voor. Met deze opvatting dient men terdege rekening te houden.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1938 | | pagina 180