63 Literatuuroverzicht (beoordeeling). Berichten. F. Rauck. Tafel zur Berechnung oder Prüfung der Hypotenuse aus den beiden Katheten. Verlag Konrad Wittwer, Stuttgart. 1937. RM 0.60. Dit nomogram levert het verschil tusschen de schuine zijde en een rechthoeks zijde van den rechthoekigen driehoek, dus y uit: (x -f- y)2 x2 z2, waarin x en z de beide rechthoekszijden zijn. Het nomogram bestaat uit drie stelsels lijnen, aangebracht in een coördinaten stelsel met x als abscis en y als ordinaat, n.l. de verticale en horizontale rechten x constant resp. y constant en de hyperbolen, correspondeerende met z constant. Het gebruik is als volgt. I. Zijn x en z gegeven, dan leest men bij de horizontale lijn, gaande door het punt (x, z) de y af, het bedrag dus, waarmede men x moet vermeerderen om de schuine zijde te krijgen. Het nomogram maakt een vrij dilettantischen indruk. Aan de oplossing van den ongeveer gelijkbeenigen rechthoekigen driehoek een vorm, welken men toch b.v. bij detailmeting steeds nastreeft is slechts ongeveer een zesde deel van het nomogram gewijd, n.l. voor waarden van x van 0 tot 26. Voor hoogere waarden zal men dus, om het nomogram te kunnen gebruiken, eerst een factor (natuurlijk bij voorkeur 0.1, 0.01 etc.) moeten toe passen en moeten aanvaarden, dat men steeds in een zeer beperkt en dus on nauwkeurig deel van het nomogram werkt. Het nomogram was zeker aantrek kelijker geworden, indien de auteur zich eenvoudig had beperkt tot waarden van x en z van 0 tot 10. II. Zijn de rechthoekszijde z en de schuine zijde x y gegeven, dan kan men, zooals gemakkelijk is in te zien, met het nomogram de andere rechthoekszijde x slechts vinden door achtereenvolgende benaderingen. Dit nu is een groot bezwaar, want gewoonlijk doet zich het vraagstuk juist in dezen vorm voor; bij detailmeting b.v. is de grootheid, welke moet worden gecontroleerd, niet de schuine zijde, doch de loodlijn of het voetpunt, dus m.a.w. een der rechthoekszijden. We vreezen dan ook, dat het nomogram er niet in zal kunnen slagen, zich een groote populariteit te verwerven. R. R, Kadaster in Nederland. Overleden op 20-1- 38 te Beverwijk de oud-inge nieur-verificateur P. J. Hogenhuis, officier in de orde van Oranje-Nassau in den ouderdom van ruim 84 jaar; op 23-1-38 te 's-Gravenhage de oud-landmeter H. R. Pyls, in den ouderdom van 67 jaar; op 21-2-38 de teekenaar W. J. A. Beyer te Leeuwarden in den ouderdom van 51 jaar. Verplaatst m.i.v. 1-3-38 de teeke naar G. Duerink van Arnhem naar Zwolle; m.i.v. 1-4-38 de teekenaars A. Kaper te Zutphen en Dalstra te Heerenveen naar bureau samenwerking Waterstaat te Utrecht; m.i.v. 1-5-38 de landmeter H. H. Hornix van Breda naar Maastricht. Uitgesteld tot 1-3-38 de verplaatsing van den landmeter H. Arnold van

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1938 | | pagina 61