154 nomisdhe vragen, van welke schrijver de laatste zitting heeft bij gewoond, waar Ing. Hiirry (Zwitserland) een pleidooi hield voor de opstelling van een soort formule, die het nuttig effect van een luchtkaarteering zou kunnen aangeven, In den teller zou men vol gens vaste regels de haten tot uitdrukking moeten trachten te bren gen, terwijl in den noemer de kosten zouden dienen te komen. Ing. Hiirry meende, dat men ook de baten op een of andere wijze in cijfers zou kunnen waardeeren. In het algemeen kan iedere po ging, die de beteekenis van de luchtkaarteering uit economisch oog punt doet uitkomen, worden toegejuicht, doch men dient van het voorstel van Ing. Harry geen al te groote verwachtingen te koeste ren, In vele gevallen zijn de luchtkaarteeringen uitgevoerd op grond van motieven, die men zeer slecht geldelijk kan waardeeren. Hoe moet men bij een versnelling van de uitvoering van het kaartee- ringswerk de tijdwinst, b.v. ten bate van een ruilverkaveling, in een getal uitdrukken en hoe in het geval van de uitvoering van een geologische exploratie? Natuurlijk zijn economische vergelijkingen noodzakelijk, doch er schuilt een zeker gevaar in, indien men door deze in te kleeden in een mathematisch en exact schijnend gewaad een betrouwbaarheid suggereert, welke met de schatting van de factoren dezer vergelijking in het geheel niet in overeenstemming is. 3. Tantoonstelling en bezichtigin gen van instituten en bedrijven. De tentoonstelling was ondergebracht in hetzelfde gebouw, waarin het congres vergaderde, n.l. het mathematisch instituut van de Universiteit van Rome. Het karakter van de tentoonstelling was ongeveer hetzelfde als in 1934 in Parijs. Algemeen kan worden op gemerkt, dat de deelneming bevredigend was, doch dat het ge heel toch een minder verrassenden indruk maakte dan in 1934 in Parijs. Op het gebied der instrumenten waren weinig nieuwe en geen zeer belangrijke vindingen gedemonstreerd. De ontwikke lingsgang, zooals deze reeds in 1934 in Parijs uitgestippeld was, schijnt zich verder langs denzelfden weg te hebben voltrokken. Was in 1934 de Italiaansche expositie voor velen een verrassing, in Rome kon vanzelfsprekend een uitstekend figuur van de Itali aansche vakgenooten worden verwacht. Dit is dan ook getoond, echter zonder dat fundamenteele vernieuwingen zijn toegepast. Voor de Duitsche industrie geldt in den grond hetzelfde, wanneer

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1938 | | pagina 107