135
siscomponenten" bx, by en b; (zie fig. 19). Een derde punt, waar
van slechts de hoogte bekend behoeft te zijn, dient voor de horizon-
teering en om deze horizonteering te verkrijgen, laat men de beide
projectoren gemeenschappelijk hellen en zwenken door verstel
ling van de ophanginrichting totdat het model in de drie punten
de voorgeschreven hoogte oplevert.
Een moeilijkheid voor de toepassing in de praktijk van den wer
kelijk genialen gedachtengang van de dubbelprojectie, ontstaat door
de voorwaarde, dat terreinpunten, die bij de opneming zeer ver van
de camera verwijderd waren, nu niet alleen vlak bij de projectoren
(zie blz. 120), maar ook binnen een relatief groot gebied, n.l. de uit
gebreidheid in verticale richting van het model, scherp afgebeeld
moeten worden. Aan deze voorwaarde kan op verschillende ma
nieren voldaan worden; men kan bijv, gebruik maken van de eigen
schap, dat de dieptescherpte van een objectief omgekeerd even
redig is met zijn brandpuntsafstand. Zoo gebruikt Zeiss-Aerotopo-
graph G, m. b. H, bij de ..Aeromultiplex" (fig. 20) projectoren met
een beeldafstand van slechts 5 cm bij een objectiefbrandpuntsaf
stand van 4,5 cm. Hiermee verkrijgt men een volkomen toereikend
scherpe afbeelding tusschen 30 en 60 cm afstand van de projectie
objectieven. De te projecteeren beelden zijn hier natuurlijk ver
kleiningen van de origineele opnamen overeenkomstig de verhou
ding van beeldafstand van projector en camera; die verkleiningen
worden in een speciaal apparaat vervaardigd en wel op zeer fijnkor
relige platen, dus zonder wezenlijk verlies aan beelddetails. Door
het gebruik van kleine projectoren kunnen deze elkaar voldoende
naderen, om ook kaarteeringen op kleine schaal bijv, op 1 25000
onmiddellijk te kunnen uitvoeren.
Het apparaat is bestemd voor schalen, die kleiner zijn dan
1 5000; de te bereiken nauwkeurigheid is verbazingwekkend: bij
een vlieghoogte van 1000 m bedraagt de middelbare fout in de
hoogte 0,5 m en in ligging 1,5 m.
Ongetwijfeld wordt echter de nauwkeurigheid van de dubbelpro
jectie verhoogd, wanneer men de origineele opnamen projecteert en
wel met objectieven, die met die van de opnamecamera identiek zijn.
Men ziet gemakkelijk in, dat dan de onvermijdelijke verteekenings-
fout van het opnameobjectief van geen nadeeligen invloed zijn kan.
Maar nu is de opgave van scherpe afbeelding, op welke plaats
het nieetmerk zich ook bevindt, moeilijker op te lossen. Hiervoor