116
in dat geval nog van een redelijke belooning van hun arbeid en
kosten sprake kan zijn. Dit manifesteert zich in het groot aantal
nieuwe ruilverkavelingsaanvragen. Indien derhalve zou blijken, dat
een aantal werken in het rapport-Westhoff genoemd niet tot uit
voering zouden kunnen komen, dan kan in de plaats daarvan een
zeer groot aantal andere cultuurtechnische werken, w.o. vooral ruil
verkavelingen, worden gesteld, zoodat voor gebrek aan werk niet
behoeft te worden gevreesd.
Uitbreiding der werkverschaffingen. De Regeering heeft zich in
algemeenen zin met het rapport-Westhoff vereenigd en besloten
op groote schaal cultuurtechnische werken in werkverschaffing uit
te voeren. Blijkens de Millioenennota is het de bedoeling bij dit
soort objecten geleidelijk 90 a 100.000 man te werk te stellen, d.i.
ongeveer 2/ maal zooveel als in de laatste jaren bij dergelijke wer
ken werkzaam waren.
Op het oogenblik bedraagt het aantal tewerkgestelden reeds 70
a 75000 man, waarvan 55 a 60.000 in cultuurtechnische werken.
Blijkens het in het begin dezer maand ingediende Wetsontwerp,
waarbij 30 millioen extra voor werkverruiming wordt aange
vraagd, zal een Staatsbedrijf voor werkverschaffing en werkfonds
worden opgericht, hetwelk zooveel mogelijk naar een vast werkplan
zal arbeiden.
Gedacht is hierbij aan een jaarplan van naar hun aard ge
groepeerde objecten en kosten, hetwelk telken jare aan de goed
keuring der Staten-Generaal zal worden onderworpen en waardoor
een algemeen inzicht in de voorgenomen werkzaamheid van het be
drijf zal worden verkregen.
Voor 1939 en 1940 worden o.a, de volgende groepen van wer
ken genoemd met de daarachter vermelde subsidiebedragen in de
loonkosten.
Ontginning 19.6 millioen
Herontginning 4.8
Verbeteren cultuurgrond 2.3
Algemeene cultuurtechn. werken 2.5
Ontwatering 12.5
Markverbetering 2.3