185
werden gehouden. De heer A. Kruidhof gaf een duidelijk overzicht, verlucht met
vele lantaarnplaatjes, van de voordeelen van en den gang der werkzaamheden
bij ruilverkaveling. De heer Me Hilbert, de schrijver van de vele zoo gunstig
in dit tijdschrift beoordeelde juridische werken op het gebied van den grond
eigendom en redacteur-uitgever van het belangrijke tijdschrift Res et ]ura Im
mobilia, hield daarna een lezing over Les expropriations d'urgence.
Na een bezoek per autobus aan de haveninstellingen, de tunnel en Antwerpen-
Strand, vereenigden zich een aantal Belgische collega's en de Nederlandsche deel
nemers aan een souper, waar een zeer opgewekte stemming heerschte.
Op den tweeden dag hield de voorzitter van het Verbond, de heer de Ko-
ninckx, een toespraak in het Vlaamsch en in het Fransch, gaf de vroegere secre
taris, de heer Fl. Humblet, een historisch overzicht van het 50-jarig bestaan van
het Verbond, werden verschillende verbondszaken afgehandeld en bood de af-
deeling Antwerpen ververschingen aan in een fraai antiek zaaltje.
Vervolgens begaf men zich naar het prachtige raadhuis, waar de heer So-
mers, schepen van Openbare Werken, het gezelschap namens het Gemeentebe
stuur ontving en door de belangwekkendste zalen rondleidde, waarbij hij per
soonlijk duidelijke en deskundige voorlichting gaf.
Tenslotte vond in het restaurant „Suisse" een zeer geslaagd banket plaats,
waar vele sprekers, o.a. eenige Nederlanders, het woord voerden. De heeren De
Korver, Hof en De Boer spraken namens de door hen vertegenwoordigde ver-
eenigingen.
Met zeer veel genoegen denken de Nederlandsche deelnemers terug aan deze
dagen en vooral aan de zoo gulle en hartelijke ontvangst door de Belgische col
lega's, die niets verzuimden om het hun gasten zoo aangenaam mogelijk te maken.
Speciaal moge ik nog noemen den ondervoorzitter van het Verbond, den heer
H. Delvaux, die, geboren Antwerpenaar zijnde, er op uitmuntende wijze voor
wist te zorgen, dat de gasten zich ook in de vrije uren uitstekend konden ver
maken. Dat de sinjorenstad daarvoor gelegenheid te kust en te keur biedt, daar
aan zal wel niemand van te voren getwijfeld hebben en ieder achteraf van over
tuigd zijn.
Rest mij nog te vermelden, dat de heer H. van Hoecke aan zijn Verbond een
jubileumnummer van het Driemaandelijksch Tijdschrift van het Verbond heeft
geschonken, dat op 175 bladzijden 24 belangwekkende publicaties van zijn hand
bevat, verschenen sinds 1914. Alle gasten mochten een exemplaar uit zijn han
den ontvangen, wat door hen zeer op prijs werd gesteld.
Het contact tusschen de Belgische en de Nederlandsche landmeters is door
dit congres sterk bevorderd; wij zijn thans geen vreemden meer voor elkaar; door
vele gesprekken hebben wij den aard van eikaars beroepsbezigheden, ook van
elkanders beroepsmoeilijkheden, nader leeren kennen.
Het moge ons een voldoening zijn, op landmeetkundig gebied, al is dit ook
van geringe uitgestrektheid in de samenleving, het onze bijgedragen te hebben
tot een uitstekende verstandhouding tusschen onze beide landen.
F. H.
