252
meetlijnen weinig geeren, G I gelijk worden gesteld aan haar lood
rechte projectie H K op AB. En bij een iets grootere wijking der
lijnen zullen de dan merkbare geringe lengteveranderingen die een
zuiver procentisch karakter dragen, eveneens mogen worden ver
waarloosd. Om de oude en nieuwe meetcijfers met elkaar te kunnen
vergelijken, moeten de eerste nog worden gecorrigeerd met de af
standen resp. H P en K R. Voor het bepalen dezer correcties heb
ben we slechts de beschikking over de kadastrale kaart 1 a 2500.
Rechtstreeksche uitpassing op deze schaal levert te groote onnauw
keurigheden. Trekken we echter de hulplijn E F, zóó dat AE
10.AC en B F 10.ED, dan zullen de op schaal 1 a 250 uit-
gepaste afstanden ML en ON een voldoende scherpe benadering
geven van de correcties P H en R K.
f/j. 6.
Fig. 6 betreft een terrein, vroeger zoogenaamde ,,goorgrond
en in dienstjaar 1842 verkaveld. Bij de latere ontginning tot gras
land zijn breede grensslooten gegraven, die veelal niet gemeen
schappelijk zijn. Wegens de verbeterde afwatering van het gebied
is men nu weer overgegaan tot aanplemping van deze slooten. Bij de
grensbepaling in dienstjaar 1935 is gemeten in de lijn AB, in
I
l
"H
3
Schaaf