29
ongemotiveerde „neen" van den kadastralen eigenaar, die aan de
perceelen geen „prettige herinnering" heeft, de zaak in het nadeel
van den eigenaar, die het door verjaring verkreeg, beslist.
Resumeerende kom ik dus tot het oordeel, dat om de kadastrale
tenaamstellingen te doen beantwoorden aan den in het publiek le
venden eigendomstoestand, het in sommige gevallen gewenscht is
te beschikken over voorschriften, die het, na een deugdelijk onder
zoek, eventueel in overleg met de betrokken eigenaars, mogelijk
maken zonder akten bestaande kadastrale tenaamstellingen te wij
zigen.
Wegens mogelijke hypothecaire bezwaren lijkt me „redres", ook
bij geheele perceelen, hiertoe het aangewezen middel.
Het zal, met oordeel, en slechts na een grondig onderzoek toege
past, het Kadaster kunnen behoeden voor een starheid, die het
wegens zijn belangrijke plaats in de economische samenleving zeer
zeker niet mag hebben.
Amsterdam, September 1938.
Literatuuroverzicht.
1. Boekbeoordeelingen.
Un problème administratif cadastral, n'ayant d'intérêt que pour le cadastre
néerlandais.
Mr. A. F. Schepel. De Ruilverkavelingswet 1938. VIII 156
blz., 14X20 cm. N.V. Samson, Alphen aan den Rijn, 1938. ƒ2.40,
bij 3 ex. 2.25.
Op 1 Augustus 1938 trad in werking de nieuwe Ruilverkavelingswet, die op
20 Mei van dat jaar in Stbl. 618 werd gepubliceerd.
Het verheugt ons hier een duidelijk geschreven werk te kunnen aankondigen,
waarin de S. de stof op overzichtelijke wijze behandelt. Vooral voor diegenen,
die de uitgaven van Samson bij het uitoefenen van velerlei openbare bestuurs
functies gebruiken, is een handige vraagbaak op het gebied der RVK verkregen.
Wat noodig mag heeten, nu immers in de toekomst het aanvragen van RVK
ook zal kunnen geschieden door de verschillende publiekrechtelijke lichamen (art.
22 sub 3).
In een 20-tal bladzijden geeft de S. ter inleiding een overzicht van allerlei om
standigheden, die tot RVK leiden en de voordeelen, die daarbij kunnen worden
verkregen. Ook de behoefte aan RVK in ons land wordt uiteengezet, evenals de
daarin liggende mogelijkheden voor werkverschaffing, nu en in de toekomst.
Een staatje van wat sinds 1924 is gedaan en wat in uitvoering is, ontbreekt
evenmin (blz. 19).