VERSCHILLENDE ONDERWERPEN.
39
L. C. F. POLDERMAN, f
In den ouderdom van 75 jaar is te Montreux overleden de heer L. C. F.
Polderman, oud-hoofd van den kadastralen dienst in Ned. Oost-Indië. De vele
ambtenaren van het Nederlandsche Kadaster, die zich met mij deze sympathieke
figuur herinneren uit den tijd, dat hem als oud-hoofd en adviseur aan het De
partement van Koloniën het toezicht over de voor Indië bestemde candidaat-
landmeters was toevertrouwd,
zullen met groot leedwezen van
dit overlijden kennis nemen.
De bezoeken, die hij elk jaar
opnieuw in de zomervacantie
bracht aan de kadasterkanto
ren, waar een Indische can-
didaat-landmeter was gede
tacheerd, waren geenszins een
bloote formaliteit. Met groote
zorgvuldigheid ging hij de pres
taties van de candidaten na,
waarbij hij hen als een vader
lijke vriend tegemoettrad. De
gesprekken, die ik dan als nog
heel jong landmeter met de
zen hoogen functionaris mocht
voeren, getuigden steeds van
zijn hartelijke waardeering
voor de moeiten, die zich de
Nederlandsche landmeters voor
hun a.s. Indische collega's ge
troostten. Deze waardeering bleek ook uit zijn protest in dit tijdschrift jg. 1931
blz. 206 tegen een ongelukkige uitlating van het toenmalige hoofd van het
Indische Kadaster.
In Indië stond de heer Polderman in hoog aanzien; hij genoot sympathie wegens
zijn groote kundigheden, buitengewone werkkracht, humane eigenschappen en
voorbeeldigen levenswandel. Voor het Indische Kadaster is hij een pionier ge
weest. Stap voor stap leidde hij met vaste hand gedurende zijn chefschap het
Kadaster naar het doel, waar het thans zeer dicht bij gekomen is. Aan zijn
initiatief was het te danken, dat in 1912 nieuwe wettelijke voorschriften inzake
grensverzekering tot stand kwamen ter vervanging van de zeer verouderde van
1882 en dat de bepalingen, vervat in de Stbl. 1916 Nos. 517 en 705 in de
plaats traden van de Instructie voor de Gouvemementslandmeters van 1837
en de Voorschriften, regelende den werkkring van het Kadaster in 1879. Hij
riep den cursus te Bandoeng in het leven, ijverde daarna voor de academische
opleiding van de landmeters, die in 1922, vier jaren na zijn pensionneering, tot
