y/L
x3
\xp
105
Voor de voorwaartsche insnijding op de enkele machine krijgen
we het volgende schema:
Or
1
Y-,
YP
Ib
tg <p\
tg tg<p2
Rr
Xi
X2
X~s
Y
tg p. 1 YP
Volledigheidshalve is in dit schema onder iedere kolom (die den
stand van de machine weergeeft na een bepaalde handeling) aan
gegeven, wat er gebeurd is. Uit de pijlen, die aangeven wat er ver
andert en uit de stippen, die aangeven, dat het register niet ver
anderd is, is het heele verloop af te lezen.
Verder mag men voor de Y-coördinaat de X-coördinaat, en voor
de X-coördinaat de Y-coördinaat lezen, als men dan maar cotg <pi
en cotg 91 cotg 92 gebruikt. Meetkundig beschouwd gaat men
dan langs lijn 1 tot het punt R, vervolgens langs R Q tot Q,
weer terug naar R en tenslotte langs lijn 1 tot P.
Men kan nog iets korter te werk gaan op de volgende wijze, die
minder gemakkelijk te onthouden is en waarbij men aan het eind
van de bewerking niet de beide coördinaten van het punt P in de
machine heeft staan:
a) bij gebruik van de tangenten: langs lijn 1 tot punt 3, langs lijn
3 naar punt P', langs lijn P'Q (richtingscoëfficiënt tg <p2)
naar Q;
b) bij gebruik van de cotangenten: langs lijn 1 tot punt R, langs
lijn R Q naar punt Q, langs lijn Q P' (met cotg <p2) naar
punt P'.
>eh
V,
i
-ri2
tg 9i
instellen
In het O r
Ys
draaien
Op het Ib
tg Pi tg pa
instellen
In het R r
draaien
In het
Or
draaien
Op het h: In het Or
instellen draaien
