116
Oplossing. Bereken het argument 34 en 13; breng door 2
een lijn evenwijdig aan 1 3 en bepaal het snijpunt van die
lijn met de lijn 34 (dus een voorwaartsche insnijding!). Het
resultaat is punt 5. De nieuwe grens is dan de lijn 15. Wat
hier is gebeurd, is niets anders dan het transformeeren van een
figuur op de rekenmachine.
Heeft men nu nog een meetlijn, waarin men de nieuwe grens
wil opvangen, dan snijdt men de lijn 15 nog eens met de meet
lijn; als resultaat krijgt men dan punt 6.
Als men de rekenmachine als coördinatenmachine gebruikt, de
voorbeelden zullen den lezer hebben overtuigd, dan maakt men ge
bruik van eenvoudige en gemakkelijk te onthouden constructies.
Heeft men dan ook eenmaal bij een vraagstuk de meetkundige op
lossing gevonden, dan is deze met de machine eenvoudig toe te
passen.
Bij een meetkundige constructie wordt een punt dikwijls ver
kregen door ombogen. De berekening van de coördinaten geschiedt
dan in het transformatieformulier. Bv. bekend zijn de coördinaten
van A en B en de afstanden AC en B C. Te berekenen de coör
dinaten van C. Eerst berekent men lengte en voetpunt van de lood
lijn neergelaten uit C op A B, d.w.z. de coördinaten van C ten op
zichte van A B als X-as, op de wijze, zooals Harkink beschreven
heeft in zijn artikel „Berekening van de oppervlakte van een drie
hoek uit de drie zijden met de rekenmachine" in dit tijdschrift jg.
1937 blz. 152. De verkregen coördinaten moeten nu getransfor
meerd worden, voor welke berekening we verwijzen naar de uit-