131
betaald of in rekening gebracht bij de uiteindelijke toewijzing.
In De Ingenieur van 31 Mei 1940 vindt men op blz. 184 nog
een mededeeling over de toewijzing, nadat het nieuwe plan was
vastgesteld. Een bezitter van een hoekperceel kreeg het overeen
komstige nieuwe hoekperceel toegewezen, de buren schoven op,
waarbij dan wel eens bleek, dat er plaats te kort kwam. Deze
eigenaren moesten dan tevreden worden gesteld in een naburig
blok. Het is licht in te zien, dat hierbij tallooze moeilijkheden zijn
gerezen, zoodat het verwonderlijk mag heeten, dat slechts 0,27
der 14.400 eigenaren in Tokyo onwillig bleven en met den sterken
arm tot medewerking moesten worden gedwongen.
Een groot verschil met wat b.v. in Rotterdam zal gebeuren komt
ons voor te zijn, dat hier alle opstal reeds als puin is onteigend
bij besluit van den Regeeringscommissaris voor den Wederopbouw.
Dit is geschied om het puin met den grootst mogelijken spoed te
kunnen opruimen. Ondanks het feit, dat er dagelijks ruim 20.000
man en 1400 auto's in gebruik zijn, zal het tot ongeveer 1 Januari
1941 duren, alvorens het puin zal zijn geruimd.
Terwijl we dit schrijven lezen we in de courant, dat waarschijn
lijk zeer spoedig alle grond in Rotterdam ook zal worden ont
eigend krachtens besluit van den Regeeringscommissaris voor den
W ederopbouw.
Deze ontleent de bevoegdheid daartoe aan een Besluit van den
Opperbevelhebber van Land- en Zeemacht van 24 Mei 1940, S. O.
552. In art. 5 van dit Besluit leest men, dat de onteigening van
roerende of onroerende zaken geschiedt door aanzegging van den
Regeeringscommissaris aan den Burgemeester. De eigendom gaat
over vrij van alle lasten en rechten. Volgens nader te stellen rege
len wordt door een aan te wijzen instantie een redelijke vergoeding
toegekend. Met de rechten van hypotheekhouders en andere recht
hebbenden wordt bij de toekenning zooveel mogelijk rekening ge
houden.
Art. 6 bepaalt, dat in alle moeilijkheden bij de uitvoering wordt
voorzien door den Regeeringscommissaris, terwijl tegen deze voor
zieningen geen rechtsvorderingen zijn toegelaten.
De oplossing van vele vraagstukken zal op deze wijze zeer wor
den vereenvoudigd. We hadden bereids overwogen, dat integrale
toepassing van onze Onteigenings- en Woningwet te groote ver
tragingen zou scheppen, zoodat men wel naar andere mogelijk-
