161 2. Tijdschriften. resultaten op het einde van de XIXde eeuw, sluiten dit hoofdstuk af. Het derde hoofdstuk (époque contemporaine) bevat zeer uitvoerige mededee- lingen over de omstreeks 1900 uitgevoerde nieuwe graadmetingen op Spitsbergen en in Equador en beschrijft verder den vooruitgang zoowel op instrumenteel gebied als in de meetmethoden der mathematische geodesie (basismeting en astro nomische plaatsbepaling) en der physische geodesie (waarbij alleen de nieuwe slingers van Holweck-Lejay worden genoemd), terwijl eenige zeer waardeerende bladzijden worden gewijd aan het baanbrekende werk van Prof. Vening Mei nes z op het gebied van zwaartekrachtsonderzoek op zee. Het hoofdstuk wordt besloten met een uitvoerig historisch overzicht over de internationale organisatie op geodetisch gebied en een in mineurstemming na het uitbreken van den oorlog in September 1939 geschreven slotwoord. Al komen in dit boekje de meer moderne opvattingen der geodeten waarbij de spheroïde als referentie-oppervlak voor de bepaling van de geoïde op den achtergrond treedt en wordt vervangen door de in 1924 op het congres te Madrid aangenomen internationale ellipsoïde, waardoor ook de doelstelling der graad metingen een andere wordt niet tot uiting en al kan men het betreuren dat in deze publicatie de isostatische reductie der g waarden en dus ook de belang rijke resultaten, die op geophysisch gebied met het zwaartekrachtsonderzoek zijn bereikt, niet in behandeling zijn genomen, zoo kan toch de lezing van dit boek warm worden aanbevolen. Het geeft in kort bestek belangrijk meer historische bijzonderheden dan de bekende geodetische handboeken en munt uit door be knopte, duidelijke behandeling van de voornaamste problemen der hoogere geo desie. Schrs. Afkortingen zie blz. 73. Foutentheorie. P i n k w a r tDas Boltzsche Substitutionsverfahren zum Aus- ellipsoids. Z 5, 7, 9. Vening Meinesz: Evenwichtsverstoringen in de standiger Richtungssatze. Z 10. Albrecht: Ueber die Berücksichtigung beobachteter Zenitdistanzen bei der Ausgleichung von Dreiecksnetzen. Z 13. Hoogere Geodesie. Frank: Beitrage zur winkeltreuen Abbildung des Erd- ellipsoids. Z 5, 7, 9. Vening Meinesz: Evenwichtsverstoringen in de aarde. De Ingenieur 11. Werkmeister: Ueber „Koordinaten" und „Ab- bildungen". M 1. Hristow: Reihenentwicklungen für die ebene Meridian- konvergenz der stereographischen Projektion Z 8. Wedemeyer: Die Tangente der Azimutgleiche. Z 8. Hamann: Die Bestimmung der geogra- phischen Nordrichtung mit dem Polarstern. A 9. Neumann: Sonnen- Auf- und Untergang und Dauer der Dammerung. A 9. Pinkwart: Beitrag zur Nivellementsverbindung über den Fehmam-Belt. Z 9. Driehoeksne t ten. Puntsbepaling. V eelhoeksmeting. Coördinatenberekeningen. Aansluitingsmethoden. Reich: Beitrag zur Berechnung der Koordinaten des Schnittpunktes zweier Geraden. S 3. René Danger: Calcul d'intersection. J 3. -Bertschmann: Besondere Formeln für das Maschinenrechnen. S 4. S e n f tSchnittpunkt zweier Geraden. S 4. Pinkwart: Bestimmung einer Geraden aus den gemessenen Koordinaten ihrer Punkte. Z 7. H a n t-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1940 | | pagina 161