165
In het bestuur der vereeniging en in de redactie van het Tijdschrift, alsmede
in de verdeeling der functies hadden geen mutaties plaats.
Tengevolge van de mobilisatie moest de aanvankelijk tegen 16 September 1939
geconvoceerde algemeene vergadering worden uitgesteld tot 9 December d.a.v.
De in die vergadering aangenomen moties inzake bezetting van éénmanskantoren
en instelling van dienstconferenties voor de hoofden van bureaux heeft het be
stuur bij een bezoek op 4 Maart mondeling ter kennis gebracht van de hoofd
ambtenaren van het Departement. Zoodra de omstandigheden zich naar het oor
deel van het bestuur daartoe leenen, zal het verzoek om instelling van dienst
conferenties schriftelijk worden herhaald. Voor de samenstelling van een voor
schriftenklapper, waartoe in dezelfde vergadering werd besloten, heeft het be
stuur zich reeds verzekerd van de medewerking van de heeren W. Nikkels en
F. Harkink.
Bij adres van 18 December 1939 heeft het bestuur aan den Minister de be
zwaren van de vereeniging uiteengezet tegen de ministerieele aanschrijving van
7 Januari 1939, voorzoover deze de regeling der afwerking van metingsstukken
betreft. Blijkens de circulaire van 16 Januari 1940- heeft het Departement ons
adres ernstig overwogen en door aanvulling en naderen uitleg der oorspronkelijke
circulaire verschillende van onze bezwaren ondervangen. (Zie voor adres enz.
H. O. 94 van Februari j.l.)
Gelijk bekend, hield de heer Hollesteüe op onze algemeene vergadering van
1938 een o.a. door den heer Secretaris-Generaal bijgewoonde voordracht over
vernieuwing van hypothecaire inschrijvingen en pleitte daarbij vooral voor een
omwerking van het register 69a. Dit betoog heeft aan het Departement blijkbaar
weerklank gevonden. Bij brief van 26 Januari 1940 heeft de Minister aan de
hypotheekbewaarders medegedeeld, dat hij overweegt, een omwerking der re
gisters 69a in den door den heer Hollestelle voorgestanen zin voor het geheele
land voor te schrijven (zie H.O. 94).
Het besluit der Regeering, terwille van het economisch herstel van ons land
de ruilverkavelingen met kracht door te zetten, verdient zeker de volle aandacht
van onze vereeniging. Binnenkort zullen ongeveer 85 landmeters en teekenaars
van het Kadaster bij deze werkzaamheden zijn geplaatst. In een onlangs ge
houden samenkomst van bestuur en redactie met eenige pioniers van den Ruilver-
kavelingsdienst is daarom besloten in de eerstvolgende afleveringen van ons Tijd
schrift een ruime plaats te schenken aan artikelen over ruilverkaveling; artikelen,
die zoowel in eigen kring als naar buiten verhelderend en propagandistisch kunnen
werken. Ook zal gewezen worden op de mogelijkheden, die het ruilverkavelings
instituut zou kunnen bieden bij den herbouw van verwoeste steden en dorpen.
De artikelen zullen op ruime schaal worden verspreid. Op deze wijze hoopt ook
onze vereeniging mede te werken aan den wederopbouw en economische ver
sterking van ons vaderland.
De secretaris,
Zutphen, 15 Juli 1940. J. F. GREVE.
