175
Groningen zijn momenteel verbonden: 27 Landmeters, 16 Veld-
assistenten, 23 Teekenaars (in opleiding voor Veldassistent)20
Teekenaars en 5 Schrijvers, zoodat verwacht kan worden, dat in
de toekomst nog nadere maatregelen noodig zullen zijn. Men over
weegt om dan nog bureaux te vestigen te Haarlem en Breda.
Momenteel werken ook verschillende meetploegen van den Meet-
kundigen Dienst van den Rijkswaterstaat in de ruilverkavelings
objecten. Dit compenseert eenigszins de stagnatie, welke voor de
ruilverkaveling voortvloeit uit het feit, dat het vervaardigen van
kaarten door middel van luchtfotogrammetrie nu uitgesloten is.
Het is niet te sterk uitgedrukt te zeggen, dat hier voor het Ka
daster een belangrijke taak ligt en voor alle daarbij betrokken ambte
naren een mooi werk. Immers het werk vordert alle capaciteiten der
daarin werkzame ambtenaren, omvat het kadastraal-technische werk
in vollen omvang en vergt ruim inzicht in de cultuurtechniek. On
danks de bescheiden „wettelijke" plaats is de Landmeter-deskundige
de ziel en spil der onderneming en wanneer hij, met de toegewijde
medewerking van het hem toegevoegde personeel, deze tot een goed
einde gebracht heeft, is het voor allen een innerlijke voldoening aan
een zoo nuttig werk meegewerkt te hebben en daarvan de resultaten
te mogen aanschouwen. Het is een werk dat de inzet van de volle
persoon vraagt en nimmer tot „schablone"-werk wordt, daar elke
ruilverkaveling naast de steeds weer voorkomende onderdeelen, bij
zonderheden biedt, die het werk levendig en aantrekkelijk houden.
Is het de eene maal een recht van aardhaling, dat bijzondere ver
wikkelingen brengt, een ander maal zijn het voor- en naweiderech-
ten welke afgekocht moeten worden. Dan weer komt de aanleg van
een Rijksweg het ruilverkavelingswerk doorkruisen, of de ontbos-
sching van terreinen de moeilijkheden vergrooten, terwijl nu weer
de ontginning van complexen door verlaging van het waterpeil de
aandacht vraagt.
Ook in de werkwijze tot uitvoering der Ruilverkavelingswet is
langzamerhand verandering gekomen. Bestond er eerst een neiging
om de zaken zoo eenvoudig mogelijk te houden en daardoor de
kosten zoo laag mogelijk, tegenwoordig is het streven om uit de
ruilverkaveling te halen wat er in zit, want de wet geeft mogelijk
heden tot verbetering, welke niet dadelijk terugkeeren als eenmaal
de ruilverkaveling beëindigd is. Zoo werden in het begin slechts
eenvoudige onverharde landwegen aangelegd, terwijl tegenwoordig