1
1
l
VI
L-r-J
r
1
214
"N
-
Fig. 1. Assysteem.
Het assysteem vertoont de volgende karakteristieke constructie,
overeenstemmende met de zoo beproefde aslagering van den uni-
verseelen theodoliet T 2. De met de grondplaat door schroeven
vast verbonden lagerbus is van boven conisch verbreed; dicht bij
het ondereinde heeft ze een korte cilindervormige vernauwing, die
voor de van boven af ingelaten alhidadeas als onderste geleiding
dient. De bovenrand van de alhidadeas is aan den onderkant vlak
geslepen. Dit vlak rust op kogels, die liggen in de conische uit
monding van de bus en zoowel het gewicht van de alhidade dragen
als voor haar centreering zorgen. De bus wordt omsloten door den
drager van den horizontalen rand, die willekeurig gedraaid kan
worden, als de vlak boven het onderstel bevestigde randklemschroef
losgedraaid is. De grove draaiing van den rand geschiedt met
behulp van den gekartelden ring, die het instrument omsluit vlak
boven het aanzetstuk van de randklemschroef. Voor de nauwkeu
rige instelling dient een micrometerschroef.
In de holle as is de optische centreering aangebracht, waarvan
het uittrekbare oculair van voren aan het instrument is bevestigd.
Wordt de theodoliet met het niveau te lood gesteld, dan ziet men
na uittrekken van het oculair het cirkelvormige richtmerk, in welks
middelpunt het zuiver loodrecht onder het instrument liggende punt
verschijnt. Moet op een bepaald stationspunt ingesteld worden, dan