238
Litteratuuroverzicht (tijdschriften)
noodig kan de nieuwe dienst eveneens het Kadaster assisteeren.
Wellicht door het uitvoeren van partieele hermetingen, wellicht
door het overnemen van de behandeling van groote, bijzondere op
drachten, van beeknormalisaties, wegverbreedingen en dergelijke.
Met de bovenstaande uiteenzetting meen ik te mogen volstaan.
Zij moge den lezer een indruk geven van de nieuwe organisatie en
van de richtlijnen, die bij het in bedrijf stellen zoo ongeveer zou
den kunnen worden gevolgd.
Het is duidelijk, en daarmee kom ik terug op hetgeen ik in het
begin schreef, dat de practijk zal moeten leeren, op welke wijze
alles precies moet worden ingericht en geregeld.
Ik hoop, dat spoedig de nieuwe dienst zijn bestaansrecht zal kun
nen bewijzen.
W. P. N. R.
No. 3663 bevat een tweetal rechtsvragen over overdracht van onroerend goed,
die de aandacht verdienen. Het eerste geval betreft een transport, waarbij in het
tijdsverloop tusschen obligatoire overeenkomst en de akte, de verkooper over
lijdt en twee erfgenamen nalaat, die het goed toescheiden aan één hunner. Wie
moet nu de akte teekenen om den kooper den eigendom te doen verwerven?
Volgens art. 1129 B.W. de erfgenaam, die het goed bij de scheiding verkreeg,
immers hij alleen wordt geacht den erflater te zijn opgevolgd in den eigendom.
Prof. Eggens merkt echter op, dat veiligheidshalve de andere erfgenaam zou
moeten medewerken, voor het geval de scheiding nog eens mocht worden aan
getast, terwijl deze ook zou moeten medekwiteeren voor ontvangst van de koop
som, indien bij de scheiding niet tevens de vordering tot betaling aan den eer
sten erfgenaam is toebedeeld.
Het tweede geval betreft een lastgeving tot verkoop van een huis. Mag nu
de lastgever zelf het huis ook nog verkoopen en kan deze dan geldig leveren,
zoodat de lastgeving stilzwijgend zou zijn herroepen, ook zonder kennisgeving
aan den lasthebber, of is die verkoop als nietig te beschouwen? Prof. Eggens
antwoordt op deze vragen, dat de lastgever zeker rechtsgeldig kan verkoopen,
al zal hij obligatoir verbonden blijven uit de lastgevingsovereenkomst.
In no. 3674 komt voor een artikel van Mr. K. Bes over hypothecaire in
schrijvingen tot verzekering van grondrenten. Een uitvoerig betoog over het
ontstaan dier inschrijvingen en het vernieuwen er van eerst om de 10 jaar,
daarna in 1842 en 1878, leidt den schrijver tot de conclusie, dat ze thans ambts
halve zouden kunnen worden doorgehaald. Ze zijn ook in 1878 vernieuwd, hóe-