78 Voor de tenaamstelling in den kadastralen legger maakt het in het geheel geen verschil of verwezen of geredresseerd wordt. Wel maakt dit verschil voor de bijhouding van het reg. n° 71. Daardoor is theoretisch het geval denkbaar, dat het van invloed zou kunnen zijn op het resultaat van een onderzoek naar erfdienstbaarheden. Nu echter de zekerheid, die door dit onderzoek wordt verkregen in het algemeen niet groot is en ten aanzien van kleine strookjes in den regel zeer gering, behoeft aan erfdienstbaarheden slechts in bijzon dere gevallen aandacht geschonken te worden. Ten aanzien van de hypothecaire boekhouding staat de zaak an ders. Veronderstellen wij, dat in fig. 3 de lijn ab de kadastrale grens voorstelt en de lijn ce de eigendomsgrens, zooals die in de overge schreven akte van grensregeling is vastgesteld. Nemen wij verder aan, dat een recht van hypotheek rust op het geheele perceel n° 124 en dat dit is ingeschreven in deel 211/164. Wordt deze grensverandering door middel van verwijzing toe gepast, dan wordt in het register n° 69a aangeteekend, dat n° 291 (fig. 4) afkomstig is van de nos 123 en 124. Het gevolg daarvan is, dat bij een hypothecaire recherche aan den belanghebbende mede gedeeld wordt, dat het perceel n° 291, voorzoover afkomstig van oud n° 124, bezwaard is met de inschrijving 211/164. Worden de perceelen wel vernummerd maar niet verwezen (zoo als bij aanwas geschiedt), dan wordt in het reg. n° 69a vermeld, dat n° 291 afkomstig is van oud n° 123 en n° 292 van oud n° 124. De grens van het recht van hypotheek (de lijn ab) verandert natuurlijk niet, wat er ook bij het Kadaster gebeurt; het gevolg van deze han delwijze is dus niet, dat cd de hypotheekgrens wordt, maar wel, dat de hypotheekbewaarder verklaart, dat op perceel n° 291 geen in schrijving (en dus geen recht van hypotheek) rust. In dit veronder stelde geval wordt aan het publiek een onjuiste inlichting verstrekt, want op driehoek bde rust wel een recht van hypotheek. De inlichting, dat de inschrijving 211/164 alleen rust op het per ceel n° 292 kan tengevolge hebben, dat de hypotheekhouder bij een verkoop krachtens art. 1223 B.W. alleen dit perceel verkoopt, waardoor hij benadeeld kan worden, omdat driehoek bde wegens de frontbreedte van veel beteekenis is. Een persoon, aan wien voor het totstandkomen van den koop de onjuiste inlichting verstrekt wordt, dat het perceel n° 291 onbe zwaard is, kan gedupeerd worden, indien na het totstandkomen van

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1940 | | pagina 78