90 verliest met volkomen onproductief werk. Samenvoeging door ruil verkaveling van deze verstrooide perceelen is dus voor den Griek- schen landbouw een ware levensvraag, kan echter zonder vooraf gaande kadastreering van geheel Griekenland natuurlijk niet toe gepast worden. Volgens gemaakte berekeningen is het nu in het geheel niet zoo onmogelijk, dit werk, waarover ten aanzien van de economische belangrijkheid en de dwingende noodzakelijkheid slechts één meening bestaat, ook financieel mogelijk te maken. Deelt men den geheelen Griekschen bodem in vier categorieën in: 1stadsperceelen in steden met meer dan 5 000 inwoners, 2) stadsperceelen in steden met minder dan 5 000 inwoners, 3landbouwperceelen en 4) groote bosschen, weidevelden, meeren, moerassen, en berekent men de kosten van de kadastreering voor de eerste drie categorieën op 1500 drachmen (1 Zwitsersche frank 30 drachmen) voor groep 1, 300 drachmen voor groep 2 en 100 drach men voor groep 3 per stremma, dan krijgt men voor de kadastree ring van de eerste drie categorieën (opmeting van de vierde cate gorie kan vooreerst wel achterwege blijven) het volgende overzicht: categorie 1000 stremma kosten per stremma totale kosten in mill. dr. Dat is dus een totaal van 3 160 millioen drachmen. Aangeno men, dat 50 meetploegen gelijktijdig werken en iedere ploeg dage lijks 50 stremma bewerkt, heeft men voor de perceelen van de derde categorie 30 jaren noodig; rekent men daarbij nog 10 jaren voor categorieën 1 en 2, dan krijgt men een totalen duur van 40 jaren en een jaarlijksche uitgave van 80 millioen drachmen. Om deze kosten op te brengen, wordt een belasting van 7 °/0o voorgeslagen op alle rechtshandelingen, die betrekking hebben op den grond. Het totale bij deze handelingen betrokken kapitaal bedroeg bv. in 1936 12 milliard drachmen. 1 2 3 200 450 25 000 1 500 800 100 300 360 2 500 (Vertaling: F. H.)

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1940 | | pagina 90