L A NDMEETKUNDE. Een opmerking over de iteratiemethode voor het oplossen van vergelijkingen ng.t R. R o e l o f s, Hoofdassistent aan de Technische Hoogeschool te Delft Een bekende methode voor het berekenen van de wortels van algebraïsche of transcendente vergelijkingen is de iteratiemethode. Een korte behandeling van het principe van de methode moge vol ledigheidshalve aan onze „opmerking" voorafgaan. Zijn de gegeven vergelijkingen: f (xy) 0 (1) en a i j j g(xy)=0 (2) dan kan men deze, door x en y te beschouwen als coördinaten in een rechthoekig assenstelsel, voorstellen als twee in het algemeen kromme lijnen. De gezochte wortels zullen dan de abscissen resp. ordinaten van de snijpunten der krommen zijn. Op een of andere wijze zoekt men een benaderde waarde voor den gezochten wortel, b.v. xv Van het punt 1 (zie fig. 1), dat deze waarde tot abscis heeft en dat ligt op de kromme met de geringste helling ten opzichte van de *-as, wordt de ordinaat berekend met behulp van 1Van het punt 2, dat diezelfde ordinaat heeft, wordt met behulp van (2) de abscis X2 berekend. Deze waarde x% is een betere benadering van

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1941 | | pagina 167