Ayz i i I
167
Uit de figuur volgt:
ng.S
Heeft men de krommen geteekend, dan kan ffiên döor uitpassing
de verhouding van P Q en Q 5 bepalen, Men kan C ook op de vol
gende wijze berekenen:
Zijn de hoeken, welke de raaklijnen met de x-as maken, resp.
<P\ en cp2, dan volgt uit fig. 3
PQ=PQ PR_ cos ff\ sin cp2 tg cp2
P S PR P S cos (p2 sin rp\ tg <p\
dus
P Q tg <P2
Omdat:
<P\ (j^J en tg <p2 voor X xp en y yp, kan
men voor (5) schrijven
y yP
Vergelijkt men (4) met (3) dan blijkt, dat in de literatuur steeds
C V2 wordt genomen. De vergelijking (6) stelt ons nu in staat
een nauwkeuriger waarde voor C te berekenen. Weliswaar kent
men de coördinaten x p en yp nog niet, want deze moeten juist wor-
X3 XI _PQ^
X2 Xj QS
•*3 *1 C (x2-xt) (4)
*1 *J Xj
QS tg 952 tg <pi
