190 getoond, ook zonder bij het kadastrale werk in het bijzonder te hebben stil gestaan. Dit zou trouwens niet tot het doel hebben geleid, omdat de meetmethoden, welke in beide gevallen worden gebruikt, weinig of niet verschillen. Beter meende ik het doel te bereiken, door het wezen dezer diensten te stempelen met twee adjectieven, die een tegenstelling vormen. Ik ga nu tot het tweede punt over door een korte beschouwing van het begrip samenwerking. Samenwerking is taakverdeeling, nooit taakovername. Dit vooropge steld, kan de gemeenschappelijke taak worden beschouwd te bestaan uit twee of meer onderdeelen, die ieder door een medewerker worden ver richt. Het is geen gebruik van samenwerking te spreken, wanneer b.v. 20 polderjongens te zamen een sloot graven, omdat samenwerking de aan wezigheid beteekent van twee of meer verschillende activiteiten. Bij de verdeeling hiervan zullen het in den regel economische factoren zijn, die ieders aandeel bepalen. Worden deze uit het oog verloren, dan komt men spoedig terecht op het terrein van de taakovername of erger op dat van dubbel werk. In het eerste geval komt de eco nomie waarschijnlijk in het gedrang, in het tweede gebeurt dat zeker. De Kadasterlandmeter, die zich verplicht achtte, nieuwe weggrenzen, welke door den M.D. waren uitgezet en ingemeten, over kilometers lengte opnieuw in te meten, nam evenzeer een loopje met het begrip samenwerking, als zijn collega, die het overgelegde dossier met bereke ningen van een meetkundigen grondslag van A tot Z narekende, om over de juiste besteding van s Rijks tijd en geld hier maar te zwijgen. Daar wij niet hebben vernomen, dat er fouten aan het licht zijn ge komen, meen ik te mogen aannemen, dat ons werk dezen overigens mis- plaatsten, toets der critiek heeft kunnen doorstaan! Welke zijn nu de normen, die in ons geval van samenwerking tot de juiste taakverdeeling leiden? In de eerste plaats is dit, dat een bepaald onderdeel wordt uitgevoerd door den dienst, die daaraan de strengste eischen stelt. Als tweede norm is aan te nemen de alledaagsche instelling van de betrokken diensten, zooals die bepaald wordt door hun instructies en hun personeele en materieele uitrusting. De kwestie van economie, welke in de tweede norm duidelijk naar voren komt, wordt in de eerste kenbaar, wanneer men nagaat, dat een dienst, die aan een bepaald onderdeel van het werk hooge eischen stelt, zich vanzelf op de meest doelmatige vervulling daarvan zal hebben toe gelegd. Terwijl het Kadaster in de eerste plaats is gericht op de boekhouding van den grondeigendom, welke tot een nauwlettende aandacht voor de perceelsgrens heeft geleid, stelt de R.W. als wiens procuratiehouder de M.D. in dezen moet worden beschouwd prijs op een kaart, welke op vrij groote schaal een zoo nauwkeurig en volledig mogelijk beeld van het terrein geeft. Deze kaart vormt den achtergrond, waarop allerlei technische aangelegenheden, die zich tijdens de voorbereiding en de uitvoering van een werk voordoen, worden geprojecteerd. Hierbij kunnen geringe details belangrijk zijn. Voor het Kadaster is de kaart

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1941 | | pagina 192