30 vrijwillig 18 van hun grond afstaan voor openbare wegen en de rest evenredig naar de oppervlakte van ieders inbreng verdeelen. Het gebied (Gemeente Vittel) was echter slechts 12,7455 ha groot. Nogmaals pleit Danger voor „Remembrement urbain" op wette- lijken grondslag (jg 1937/281) en dan ook buiten de verwoeste ge bieden. Hetzelfde doet G. Monsarrat (jg 1939/361), waaruit blijkt, dat in Frankrijk terzake geen wettelijke maatregelen bestaan. Voor een betere behartiging van stedebouwkundige belangen zal mis schien een wet van 1807 (sic) nog hulp moeten bieden of, zooals reeds eerder was bepleit, de wet op de Associations syndicales. Dwang op de minderheden uitgeoefend blijkt voorloopig nog on mogelijk. Men zal dan moeten onteigenen (par zönes), door de Gemeente moeten laten verkavelen zóó dat het past in het uit breidingsplan en dan weer verkoopen. Uit de weinige Fransche litteratuur blijkt, dat men het vraag stuk niet als een noodzakelijk te regelen geval heeft willen zien en dat men slechts in enkele uitzonderingsgevallen niet al te ver strek kende maatregelen heeft genomen en zich overigens heeft behol pen met oudere wetsbepalingen, waarschijnlijk zeer tot schade van het geheel. Immers op verscheidene plaatsen schijnt op den ouden voet te zijn herbouwd, waar men met eenige voorzorgen in alle opzichten betere resultaten had kunnen bereiken. Keeren we thans terug naar ons eigen land, dat soortgelijke pro blemen ter oplossing heeft gekregen. Gelukkig ervaren we, dat men niet van plan is dezen wederop bouw zoo planloos te doen geschieden als dit volgens de Fransche litteratuur het geval was. Het zal niet eenvoudig, ja zelfs onmoge lijk zijn, een voor alle gevallen passend stel bepalingen te ontwer pen. Met groote belangstelling volgen we wat terzake thans in de persmededeelingen is te vinden. In het avondblad van 15-10-40 komt een mededeeling voor, getiteld De onteigeningen en de weder opbouw. Hierin trof ons vooral de zinsnede over de mogelijkheid om de schadeloosstelling te bepalen niet alleen in geld, maar ook in grond of wel beide naast elkaar, een denkbeeld, dat wij in dit T. 1940/129 ook aan de hand deden om de getroffen eigenaren op eenvoudige wijze weer aan grond te helpen voor het wederopbouwen van hun vernielde panden.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1941 | | pagina 30