56
Uit landbouwoogpunt is de overgang naar individueel bezit zeker een vooruit
gang; jammer dat de verdeeling meermalen zoo gedaan is, als ware het marken-
verdeelen alleen een wiskundige opgave. Bekend is de verdeeling, waarbij de
grenzen gericht zijn op den toren van het dorp, waardoor geerende perceelen
ontstonden met een ongunstige verhouding van lengte tot breedte. Aan de eischen,
die een modem landbouwbedrijf stelt, werd niet gedacht.
N. G. Pierson noemde den individueelen eigendom een voortbrengsel der be
schaving en volgens deze uitspraak is d^ verdeeling der marken een stap voor
uit geweest.
In de jaargangen van dit tijdschrift is helaas weinig te vinden over de ge
schiedenis der marken, maar de bibliotheek van de Vereeniging voor Kadaster
en Landmeetkunde heeft een groot aantal boeken over dit onderwerp, die meestal
wel „thuis" zijn. In de jaargangen 1901 en 1902 van dit Tijdschrift schreef E.
Dijkstra over de verdeeling der gemeene weiden van Hollum en Ballum op het
eiland Ameland.
Een en ander over de rechten op de weiden wordt er bij vermeld. Dijkstra zegt
in zijn artikel: „Menige streek in ons land gaat gebukt onder de groote nadeelen
van dit verdeelstelsel. Men ziet daar met verlangen uit naar de afronding der
eigendommen, de landverlegging, ter opheffing van het euvel van het open field
systeem."
De markenwet kon veel marken doen verdwijnen, want ieder markgenoot is
gerechtigd de verdeeling van de markgronden te vorderen.
Lag een mark in het gebied van meer dan één arrondissementsrechtbank, dan
nam die rechtbank van de vordering kennis, waar het voornaamste deel gelegen
was. Als voornaamste deel gold niet de grootste oppervlakte, maar het deel met
de grootste belastbare opbrengst volgens het Kadaster, een uitvloeisel waarschijn
lijk van het fiscale karakter van het Kadaster in dien tijd.
Bij de markverdeeling benoemt de rechtbank een rechter-commissaris, door wien
een commissie, bij voorkeur uit de markgenooten, en een landmeter worden be
noemd. Onder voorzitterschap van den rechter-commissaris wordt een bijeen
komst van rechthebbenden gehouden, waarna de lijst van rechthebbenden wordt
opgemaakt. Staat deze lijst vast, dan wordt overgegaan tot het opmaken van een
plan van verdeeling, onder voorlichting van bovengenoemde commissie, bijge
staan door den landmeter. Een kaart met het ontwerp van wegen en waterloo-
pen wordt aan de gemeente of de gemeenten, waarin de markgronden gelegen
zijn, ter goedkeuring toegezonden. Bij Gedeputeerde Staten was hooger beroep
mogelijk.
Door de gerechtelijke verdeeling werden huur en verhuur verbroken, behou
dens schadeloosstelling aan de huurders.
Wanneer ik hier eenige bepalingen uit de Markenwet overneem, dan is dat om
een vergelijking te maken met de Ruilverkavelingswet. Het is dan wel zeker, dat
de eerste als leidraad gegolden zal hebben bij het ontwerpen van de laatste.
Behooren de markverdeelingen wel tot het verleden, toch bestaan er nog mar
ken, die evenwel de goede landbouwgronden hebben verdeeld en nog maar en
kele onverkoopbare perceelen en enkele wegen op hun naam hebben.
(Wordt vervolgd.) v. d. W.