87
Literatuuroverzicht.
1. Boekbeoordeelingen.
wagens en dat de waterloopen steeds goed in conditie worden ge
houden.
Nog veel ruilverkavelingswerk is in de Langstraat in voorberei-
ding. Laat ons hopen, dat ook nu deze werken met kracht kunnen
worden doorgezet en mogen bijdragen tot welvaart voor deze
streek.
Utrecht, October 1940.
Verslag van de Staatscommissie ingesteld bij Koninklijk Besluit
van 16 Februari 1938 No. 25 (Woningwet). 122 blz., 24 X 35 cm,
s-Gravenhage. 1940, Algemeene Landsdrukkerij, 1.75.
Dit werk werd voor de bibliotheek van K. en L. aangeschaft om op de hoogte
van den tijd te blijven ook wat deze stof aangaat.
Hieronder mogen enkele opmerkingen volgen over wat ons trof bij het be-
studeeren van de rijke stof, neergelegd in dit verslag, dat wellicht bestemd is
om eens ingrijpende veranderingen te brengen in de wijze, waarop het bouwen
en uitbreiden van stad en dorp in de naaste toekomst zal worden voortgezet.
In het eigenlijke verslag, uitgebracht op 26 April 1940 (blz. 1/29) vindt men
den neerslag van de besprekingen in den boezem der Commissie over allerlei
vraagstukken op het gebied van den stedebouw in den ruimsten zin. Achtereen
volgens zijn opgenomen de installatierede door den Minister en het antwoord
daarop van den Voorzitter (Mr. Dr. K. J. FrederiksSecretaris-Generaal van
het Departement van Binnenlandsche Zaken).
In drie ondercommissies werden de volgende onderwerpen bestudeerd, alvorens
in de plenaire vergadering aan de orde te worden gesteld: de stedebouwkundige
vraagstukken, de bouwtechnische vraagstukken en de ordening van de woning
productie.
Op verzoek van den Minister waren vooraf reeds rapporten ingezonden door
Gedeputeerde Staten der verschillende provinciën, van groote gemeenten en ook
van andere lichamen, die zich op dit terrein bewegen.
Voor speciale onderdeden zijn nog weer aparte deskundigen geraadpleegd,
zoo o.a. voor ruilverkaveling in dit verband de heeren H. J. van Leusen en Jhr.
Ir. C. E. W. van Panhuys.
Reeds spoedig kwam de Commissie tot het inzicht, dat de stof in een nieuwe
wet moest worden belichaamd, waarom dan ook een wetsontwerp met toelichting
aan het verslag zijn toegevoegd (253 artikelen).
Vooropgesteld wordt de noodzaak van wijziging der stedebouwkundige be-
heersching van allen grond in Nederland. Als definitie van die beheersching
wordt gezegd, dat dit wil zijn: „regeling van de bestemming en het gebruik van
gronden."