24 Berekening van de eerste twee series. Serie: 1 2 A Tl T2 T3 0" 17"' 28,5 6 41 00,6 17 56 19,6 0 0 0 nomogram Jg. 1939 blz. 164. tabel I II III Som u T\ 0"54"'48,7S 17 06 00 2 48,6 0"54"'48,7S 17 09 03 2 49,1 ...staat van waarnemingen ...tabel IV T 18"03"37a 18"06"'41s Ao Ai A2 A 3 1,5614 gr 913 88 6 1,5720 gr 913 87 6 tabel V VI VII VIII Som dA 1,6433 gr 53 1,6540 gr 53 nomogram fig. 7 A Dxi- Pol. 1,6380 gr 359,1879 1,6487 gr 359,1769 gr ...staat van waarnemingen A D XI 360,8259 gr 360,8256 gr elke dubbele serie en de gemiddelden der uitkomsten van de eerste tot en met de vierde, resp. de vijfde tot en met de achtste dubbele serie. De eerste middelbare fout m, waarin slechts waarnemingsfou ten tot uiting komen, is een zuivere maat voor de waarnemings nauwkeurigheid. In de tweede middelbare fout m.% komt bovendien tot uiting de onnauwkeurigheid van de voor elke dubbele serie her haalde opstelling van het instrument. Dit blijkt ook duidelijk uit de verkregen waarden: mi 4,9 dmgr, m% 15,0 dmgr. Met deze laatste waarde correspondeert een middelbare fout in het eindre sultaat van ongeveer 3,7 dmgr. Het is interessant de uitkomst van deze waarneming te verge lijken met het azimuth, zooals dat volgt uit de gegevens van de Rijksdriehoeksmeting. Afleiding van dit azimuth uit de coördinaten van standplaats en richtpunt is niet gewenscht, omdat, gezien den korten onderlingen afstand, de fouten in die coördinaten te grooten invloed zouden hebben op het te berekenen azimuth. Daarom werd eenige dagen vóór de astronomische waarneming een richtings meting in vier dubbele series uitgevoerd, waarin behalve de richting in kwestie een zestal richtingen naar veraf gelegen punten der R.D. werd opgenomen. Uit deze metingen en de azimuths, welke voor de genoemde zes richtingen uit de R.D,-coördinaten konden wor-

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1942 | | pagina 24