43
Polaris in 1950 ongeveer 352= 1225. Voor den noemer zetten
we dus cos2 cp tg2 S, zoodat de formule geschreven kan worden
dA sin© |/tg2 A sin2 w tg2 A cos2® tg2 S 1
- tg2 A sin
d t cos2 cp tg2 S cos cp tg S
(23)
Den derden term schrijven we:
1/ tg2 A (sin2 q> cos2 cp tg2 2) 1
cos cp tg 5
Hierin is sin2 cp (ongeveer 0,624) slechts gering tegenover de
waarde cos2 <p tg2 S (ongeveer 1225), zoodat de derde term ten
slotte geschreven kan worden als:
1 tg2 A cos2 cp tg2 S
cos cp tg S
De waarde van de som van de eerste twee termen van (23), ge
legen tusschen 0 en 0,0006, wordt grootendeels teniet gedaan door
de afrondingsfout in den derden term, ontstaan door verwaarloo-
zing van den tweeden term in den noemer van formule (22), zoo
dat de azimuthcorrectie tengevolge van een wijziging van de lengte
geschreven kan worden als
d A J/J_-^tg^Acos2 99 tg2J ^4)
d r cos cp tg S
In hoofdzaak is de verandering van de lengte (tijd) te beschou
wen als een verandering van de abscis X. Blijkens mijn nomogram
op blz. 164 van jaargang 1939 evenwel is in het ongunstigste geval
een afwijking met de juiste lengte (tijd) van 19s mogelijk tenge
volge van den invloed van de Y-coördinaat. Bij de snelst mogelijke
beweging van de ster (in den meridiaan) bedraagt de coëfficiënt
van den tijdsinvloed 0,03 (mijn artikel in jaargang 1937, blz. 7),
zoodat de fout van 19s in den plaatselijken sterretijd zich in het
azimuth wreekt als 0,57s 26 dmgr.
Acht men deze afwijking niet toelaatbaar, dan dient, als we in
formule (24) r willen vervangen door X, gebruik gemaakt te wor
den van een „gereduceerde" X. Het verband tusschen deze geredu
ceerde X X') en de R.D. coördinaat X is afgeleid met behulp
van form. (12) op blz. 20 van Prof. Hk. J. Heuvelink: „De stereo-
grafische kaartprojectie in hare toepassing bij de Rijksdriehoeks
meting". Dit verband luidt:
X' X X 0,0002015 F 0,00000004673 Y2J.
waarin X'X en F in km zijn uitgedrukt.
Letten we uitsluitend op de absolute waarde van X, dan is
X'—X positief bij positieve waarden van Y, negatief bij negatieve
F-waarden.
X' I=AI wordt als correctie aangebracht aan de absolute
waarde van de abscis X. Voor de bepaling van deze correctie is