74
De afstand Ep kan ook verkregen worden als volgt. Men
construeert in het coördinatenstelsel met het benaderde punt P0
als oorsprong het punt O, met als coördinaten dx' en dy'zijnde
dx' XP, Xp, en dy' YP, YP,Men merkt dadelijk,
dat de afstand van O tot P0P^ gelijk is aan Een dit op schaal
1 <t wanneer ook dx' en dy' op deze schaal werden gekaarteerd.
Voor de keuze van het definitieve punt is vooral de waarde
ep -£* van belang. Uit (14) vindt men
e. 9E. - E' Vg*\ (15)
h LP LP
Daar men de oriënteeringscorrectie c niet kent, kan men Ap Bp
niet teekenen en dus ook Ep niet bepalen. Om c uit te schakelen
herleidt men de correctievergelijkingen van alle binnenrichtingen,
die naar het te vereffenen punt inbegrepen, zooals dit gedaan
werd bij de enkele puntsbepaling.
Zij e' de afstand van P tot de gereduceerde foutentoonende
rechte van de beschouwde binnenrichting. Dus:
l/gj<_ y?±.
Lp L'p
De vergelijking (15) wordt dan:e. ej p- E (16)
waarvan beide termen gemakkelijk afzonderlijk kunnen worden
bepaald. Bij het nemen van hun verschil lette men er op, dat
deze waarden moeten worden afgetrokken als zij zich aan den
zelfden kant van de beschouwde lijnen bevinden; in het tegenover
gestelde geval moeten zij bij elkaar worden opgeteld.
e,
Daar sin 0,0001 ,s 'n9evol9e (H):
B, B,
t sin 0,0001 Lp sin 0,0001 L,
Verder weet men, dat de v welke men afleest voor een ge
reduceerde correctievergelijking, gelijk is aan die, welke men zou
aflezen bij een niet gereduceerde vergelijking. Aldus zal men v
verkrijgen door het verschil te vormen van de v waarden,
welke men met behulp van het nomogram zal aflezen en welke
overeenkomen met de waarden ep en Ep (zie methode van Prof.
Tienstra in de H.T.W.).
Als gevolg van de groote aanschouwelijkheid van de grafische
methode zal men bij deze methode een beter resultaat bereiken
O
LP
UP ^p P
V