79
velijk voor 10 October 1940 inplaats van 1941 werd opgezocht.
Het belangrijke van deze opmerking ligt vooral hierin, dat het
azimuth van de lijn Delft I Delft XI na de verbeterde bere
kening niet 15 dmgr, doch slechts het zeer geringe bedrag van
4 dmgr (of na correctie voor schietloodafwijking en dagelijksche
aberratie 6 dmgr) van het azimuth der R. D. blijkt af te wijken
Dit wijst erop, dat het streven, de opstellingsfout van het in
strument onschadelijk te maken door de opstelling van den theodoliet-
zonder-ruiterniveau na elke dubbele serie met zorg te herhalen,
en haar aldus een toevallig karakter te geven, geslaagd is.
Verder blijkt deze aanbevolen methode van meting in harmonie
te zijn met de ontworpen rekenmethode.
De uitkomsten van de verbeterde berekening zijn in bijgaande
tabel vermeld.
Literatuuroverzicht.
1. Reclamedrukwerken.
Den lezer wordt verzocht de volgende verbeteringen aan te brengen
blz. 6: in lig. 2 is de afstand P0S=d'0;
regel 10 v. o., A moet zijn A.
blz. 7regel 2 v. b., idem
regel 5 v b., z moet zijn 2;
regel 10 v. b., y'o moet zijn <p'
regel 15 v. o., declinatie moet zijn complement-declinatie,
blz. 9: in fig. 3 is hoek P Z S A.
blz. 10: in fig. 4 de pijl v omkeeren.
blz. 12: regel 7 v.o., 1950,0 moet zijn 1925,0;
blz. 24, tabelA.t 88, resp. 87A3 6, resp. 6 d A 53,
resp. 53.
blz. 44, regel 17 v. o 17 a 18 dmgr moet zijn 17' a 18".
blz. 48, vóór den regel ^Amersfoort hdasschen:
a 3« 42™ 21» 13" 33™ 28»
Carl Zeiss, Jena.
Geo 42-054-1. Reduktions-Tachymeter Dahlta.
Het bekende diagram van Hammer en Fennel, dat omstreeks 1900 werd uit
gevonden en toegepast in een tachymeter van Fennel en dat enkele jaren geleden
in een anderen vorm verscheen in een vizierliniaal (later ook in een tachy
meter) van Kern (zie de bespreking in dit tijdschrift, jaargang 1938 blz. 166
168), is nu in een interessante variatie toegepast in een door den Noorschen
landmeter Dahl ontworpen tachymeter van Zeiss, de „Dahlta".
In de oorspronkelijke constructie van Fennel is het diagram vast aan de ver
ticale alhidade aangebracht. Door een in de kijkerbuis ingebouwden micros
coop, waarvan het objectief zich excentrisch t.o.v. de horizontale as van den
kijker bevindt tegenover het diagram, wordt het met de kijkerhelling correspon-
deerende deel van het diagram afgebeeld in een gedeelte van het gezichtsveld
van den kijker. In het andere gedeelte van het gezichtsveld ziet men het beeld
van de baak. De kijker wordt zoo gericht, dat de verdeeling van de baak zich
juist bevindt op de scheidingslijn van de beide gedeelten van het gezichtsveld.
Hierdoor is het mogelijk de baak af te lezen tegenover de snijpunten van de
diagramlijnen met deze scheidingslijn. (Zie Schermerhom en Van Steenis, Leer
boek der landmeetkunde, blz. 363366.)
Vergeleken met deze constructie heeft de bovengenoemde vizierliniaal van
Kern eenige voordeelen. Doordat de glazen schijf, waarop het diagram is aan-