8
Deze berekening werd niet alleen uitgevoerd voor r 30°, doch
voor alle waarden r 0°, 30°, 60° etc. Het resultaat is ge
geven in onderstaande tabel.
1
Daar het noodig was ook voor tusschengelegen waarden van r
de grootte van C1 te kennen, werd uit bovenstaande tabel door
harmonische analyse de volgende uitdrukking berekend:
C, 332,5" sin - 6,6" sin 2 r 11,3" cos r - 3,1" cos 2 r.
Nutatie.
In fig. 3 stellen C en P, evenals in fig. 2, de polen voar van
resp. de ecliptica en den equator, bepaald door de precessie. P
geeft niet de werkelijke, actueele, doch een gemiddelde plaats van
de pool aan en wordt daarom „gemiddelde of middelbare pool'' ge
noemd; de actueele pool voert om de middelbare pool een gecom
pliceerde beweging uit tengevolge van de nutatie.
Om soortgelijke redenen wordt L het middelbare, L het actueele
lentepunt genoemd. De uurhoek van L, d.i. de hoek ZPL resp.
Z P L is de middelbare sterretijd; de uurhoek van L, d.i. de hoek
ZPL is de actueele sterretijd. Het verschil tusschen beide tijden,
de „nutatie in rechte klimmingwordt dus voorgesteld door het
hoekje L P L —n.
A stelt voor het middelbare azimuth van de ster 5 en A het actu
eele azimuth; het verschil d A A A is de nutatie in azimuth.
De stand van P ten opzichte van P wordt gegeven door de ,,nu-
tatieelementen" (zie fig. 3):
A c en A \p.
Aan de hand van fig. 3 leidt men door een aantal bolgoniometri-
sche bewerkingen de volgende formule af voor de nutatie in azi
muth:
A A d A C2 A \p -j- C3 A s, (9)
waarin
C2 sin s cos cp' tg h cos A sin r sin s tg h sin A cos r -j- sin s sin cp' sin r
C3 cos <p' tg h cos A cos r tg h sin A sin r sin cp' cos r.
In deze formules is, blijkens (7), A niet constant, doch verander-
T
0"
30°
60°
90°
120°
150°
O
OO
210°
240°
270"
300°
330°
Q
8"
180"
301"
336"
278"
149"
- 14"
- 172"
- 286"
-329" - 286"
- 164"
1) Daar in de oorspronkelijke berekening een decimaal meer werd meege
nomen, kunnen bij narekening kleine verschillen ontstaan. Dit geldt ook voor
de overige in dit artikel beschreven berekeningen.