35 mochten beleven. Sedert de laatste vergadering zijn van ons heengegaan: de oud- Ingenieur-Verificateur G. Oldenziel, de oud-Landmeters T. A. Polêe, J. H. Smeet s, E. T. Roelofs, G. W. van Dijk, S. Ei sen ga, O. Eis|in- ga, S. de Grebber en F. J. Schram. Ook lid van onze vereeniging was de Landmeter van den Rijkswaterstaat H. E. W. Schut, die door den vijand werd gegrepen en weggevoerd om niet weer terug te keeren. Ik vraag eenige oogenblikken stilte om hun te gedenken". Nadat de vergadering staande aan dit verzoek heeft voldaan, vervolgt de Voorzitter: „Zooals aan de meesten Uwer nog wel bekend zal zijn, werd K. en L. in 1942 plotseling door den bezetter opgeheven en ingelijfd bij het N.A.F. Bijna ieder nam toen direct het besluit een daad van geestelijk verzet te toonen en de nationale zaak te stellen boven de waarden van de vereeniging. Thans ademen we weer vrij en tot onze groote vreugde kunnen we constateeren, dat onze vereeniging grooter is herrezen dan zij in 1942 is ondergegaan. Dit is bemoedigend en ik hoop van harte, dat wij eendrachtig zullen samen werken aan de problemen, die ons gesteld worden, eendrachtig en vergevens gezind tegenover enkelingen, die om tactische redenen wel eens een andere hou ding hebben aangenomen, dan velen onzer gaarne gezien hadden. De problemen die zich thans reeds aan ons voordoen, betreffen niet alleen de interne vereenigingskwesties, maar ook o.a. de vraagstukken van opleiding, van organisatie van dienstvakken, van werkzaamheden bij wederopbouw, enz. Voor deze problemen wil ik straks nog even Uw aandacht vragen. Thans nog een woord aan onzen oud-Voorzitter, die eenigszins met stille trom is vertrokken. Toen hij op 1 October 1945 tot hoofdambtenaar werd be noemd, heeft hij gemeend zich direct uit de bestuursfunctie te moeten terugtrek ken. Vele jaren heeft onze vereeniging van zijn capaciteiten mogen profiteeren en in twee zeer moeilijke perioden heeft hij den voorzittershamer gehanteerd. De vereeniging is hem grooten dank verschuldigd voor het vele werk, dat hij heeft gepresteerd, voor de vaardigheid waarmede hij zooveel moeilijke vergade ringen wist te leiden en voor de eminente wijze waarop hij ons corps vertegen woordigde. Mijnheer Jonas, onzen dank! Ten slotte mogen wij een woord van eerbiedige hulde richten aan ons mede lid Prof. Schermerhorn, die nu al bijna een jaar lang de zware functie van minister-president op zijn schouders voelt. Ik wil hier geen verkiezingspropa ganda maken, maar meen toch wel dat ik aller tolk ben, als ik zeg, dat wij diep respect hebben voor zijn geweldige capaciteiten, voor zijn enorme werkkracht en dat wij gaarne wenschen,. dat het hem gegeven mag zijn Nederland mede op te voeren tot een hooger plan, materieel, moreel en cultureel. Hiermede verklaar ik het openbaar gedeelte van deze algemeene vergadering voor geopend." Na dit openingswoord doet de Voorzitter eenige bestuursmededeelingen: De door het bestuur ingestelde commissie voor reorganisatie van den kadastra- len dienst heeft het eerste onderdeel van haar rapport betreffende de saamhoo- righeid van den landmeetkundigen dienst en de hypothecaire en kadastrale boek houding, alsmede de zelfstandigheid van het kadastrale dienstvak, aan het be stuur aangeboden. Het wordt gepubliceerd in het dezer dagen verschijnende Huis houdelijk Orgaan nr 105. Op een desbetreffende vraag van den Voorzitter spreekt de vergadering zich z.h.s. uit voor voortzetting van de reeds door het bestuur begonnen actie voor de instelling van een zelfstandigen dienst van hypotheken en kadaster onder centrale, deskundige leiding. De bewaring Appingedam is opgeheven en gevoegd bij Groningen. Ook ten aanzien van Gorinchem, Tiel, Brielle, Zierikzee en Sneek zal misschien in de komende jaren een beslissing worden genomen. Het zal daarom goed zijn, dat de vereeniging zich binnenkort uitspreekt over de al-of-niet-wenschelijkheid van de opheffing dezer kleine bewaringen. Het bestuur heeft bij verschillende hoofdambtenaren van het Departement ge pleit voor verlichting van de eischen van benoembaarheid van landmeters tot hypotheekbewaarder. Nergens werd een absoluut afwijzend standpunt ontmoet. In Wageningen is een professoraat ingesteld voor landmeetkunde. Dit is een erkenning van de waarde van ons vak, die ons verheugt. Wij wenschen, aldus de Voorzitter, Prof. Kruidhof geluk met zijn benoeming.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1946 | | pagina 35