40
Hoewel het over het algemeen moeilijk is een brug te slaan tusschen oudere en
jongere generaties, waarschuwt hij voor toespitsing en dringt er op aan, dat men
begrip voor eikaars positie moet hebben. De jongeren moeten in de toekomst de
landmeetkundige wetenschap bevorderen, maar zich ook verdiepen in de dage-
lijksche problemen, om zich tot all-round-landmeetkundigen te ontwikkelen.
De Voorzitter stelt ten slotte voor aan den Minister-president, Prof.
Schermerhorn, een telegram te zenden, waarin hulde wordt betuigd voor het
vele werk, dat hij voor het land verricht. Hiermede betoont de vergadering
groote instemming.
2. De Secretaris leest daarna het verslag voor over den toestand en
de verrichtingen van de N.L.F. sedert de laatste Algemeene Vergadering van 4
Maart 1944. Dit wordt zonder opmerkingen goedgekeurd.
Uit het verslag van den Penningmeester blijkt, dat de financieele po
sitie wederom gunstig is te noemen. De kas sluit op 31 Dec. 1945 met een batig
saldo van 965,685.
De Voorzitter brengt dank aan den Penningmeester en eveneens aan de
heeren A. C. Hof en N. D. Haasbroek, die de kas en de boekhouding hebben
gecontroleerd. De vergadering benoemt dezelfde heeren voor de volgende con
trole, hetgeen zij gaarne aanvaarden.
3. Bij de verkiezing van een nieuwen Voorzitter zegt Prof. Tienstra,
dat hij gezwicht is voor den grooten drang, welke op hem is uitgeoefend, om
zich nog eens beschikbaar te stellen. Nu de Statuten door het Hoofdbestuur hier
voor gewijzigd zijn, zal hij nog eenmaal een herbenoeming aanvaarden.
Onder hartelijk applaus van de vergadering wordt deze verkiezing bij enkele
candidaatstelling aangenomen.
Daar de heer F. Schuurman wegens zijn benoeming tot Voorzitter van de
Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde bedankt als Secretaris der N.L.F.
moet hiervoor een nieuwe functionaris worden aangewezen. Ook bij enkele can
didaatstelling wordt de heer G. F. Witt als zoodanig benoemd.
Daarna wordt overgegaan tot vergaderen in Commissies, waarvan hier de
verslagen volgen:
Commissie I. Landmeetkundige Techniek.
Voorzitter: F. Schuurman. Rapporteur: G. Bierma.
In de eerste plaats stelt de Voorzitter aan de orde het rapport van de
Commissie voor kleine uitvindingen over het coördinatenschaaltje. Hierover wor
den weinig opmerkingen gemaakt. Algemeen is men van oordeel, dat uit het
onderzoek van de Commissie volgt, dat een eenvoudig hulpmiddel als de schaal-
stok heel goed gebruikt kan worden bij het aflezen van coördinaten uit de kaart.
Vervolgens houdt de heer R. Roelofs een interessante voordracht over „Syste
matische fouten bij planimetreering met den schijfpoolplanimeter". Nadat de in
leider eenige vragen heeft beantwoord, spreekt de vergadering de wenschelijk-
heid uit, dat de pïanimeters geregeld worden gecontroleerd en gereviseerd en dat
voor het onderzoek naar de systematische fouten ook de landmeters van het
Kadaster hun medewerking verleenen.
Ten slotte houdt de heer W. B a a r d a een inleiding over foutenproblemen
in de landmeetkunde en hij wil gaarne contact hebben met collega's, die de vol
gende drie vraagstukken met hem willen bestudeeren:
1Het telegram aan den Minister-President luidde:
„De deelnemers aan het Congres van de Nederlandsche Landmeetkundige
Federatie te Utrecht bieden Uwe Excellentie hierbij een hartelijken groet aan
en betuigen hun bewondering voor het vele, dat door U in het belang van ons
land wordt gedaan.
Namens het Congres, Tienstra".
Onze Voorzitter ontving hierop een schriftelijke dankbetuiging met het verzoek
dezen dank aan de Congresbezoekers te willen overbrengen.