89
len kunnen doen uitgaan. In Januari van dit jaar werd in overleg getreden met
de Hoofdcommissie voor de Normalisatie in Nederland, die toezegde het ge-
wenschte normaalblad te zullen uitgeven. Op een vergadering van deze Hoofd
commissie op 25 Juni j.l. werden door den Voorzitter en den wnd Secretaris van
de Federatie de voorgestelde seinen toegelicht. Zeer binnenkort zal het ontwerp-
normaalblad met een uitvoerige toelichting in het driemaandelijksche tijdschrift
„Normalisatie" en bovendien als bijlage op de daarvoor in aanmerking komende
tijdschriften ter critiek worden gepubliceerd.
De belangrijkste taak door het congres 1941 gesteld, was wel de instelling
van een onderzoek naar de problemen, behandeld in de bij de Commissie voor
Maatschappelijke organisatie en Werkkring ingediende rapporten. Het kwam
het Hoofdbestuur wenschelijk voor de behandeling van sommige der aange
roerde vraagstukken uit te stellen en zich voorloopig te beperken tot de kwestie
van een Federatie-examen voor assisteerend landmeetkundig personeel. De
Heeren Brouwer, Fortuin, Harkink en Stoorvogel werden bereid gevonden zit
ting te nemen in een commissie die het Hoofdbestuur zou kunnen voorlichten.
Het overzichtelijke rapport dat door deze commissie werd samengesteld en in
de congrespublicaties is opgenomen, zal in de vergadering van de Commissie
voor Maatschappelijke organisatie en Werkkring en daarna in de plenaire zit
ting worden behandeld.
Ten aanzien van het Hoofdbestuur van de Federatie moet helaas worden ge
constateerd, dat het reeds eenige maanden onvoltallig is door de afwezigheid van
de Heeren Jonas en Schermerhorn. In het Dagelijksch Bestuur kwam aan het
einde van het vorige jaar een kleine wijziging doordat de werkzaamheden van
den secretaris, den Heer Jonas, in verband met zijn benoeming tot voorzitter van
de Vereeniging voor Kadaster en Landmeetkunde, werden overgenomen door
den Heer Roelofs als waarnemend secretaris.
Dit jaarverslag, dat noodzakelijkerwijze eenige klanken in mineur moest laten
hooren, moge eindigen met een opwekking tot een zooveel mogelijk actief deel
nemen aan het landmeetkundige leven in ons land, in het kader van de bestaande
vereenigingen en van onze Federatie!
w.g. R. Roelojs.)
Nadat dit jaarverslag is goedgekeurd, brengt de Penningmeester het
financieele jaarverslag uit.
3. Dan komt aan de orde het benoemen van een secretaris in de plaats van
de Heer O. Jonas, die statutair aftreedt en niet herkiesbaar is. Alvorens tot
de benoeming van een nieuwen functionaris over te gaan, brengt de Voor
zitter lof aan den Heer Jonas, die in 1936 het initiatief nam tot de oprichting
van de N.L.F., gedurende zes jaren een voortreffelijk secretaris was en steeds
zeer energiek voor de belangen van de Federatie is opgekomen. Zijn voorstel,
den Heer Jonas een schriftelijk woord van dank te doen toekomen, wordt met
applaus aangenomen. Overgaande tot de benoeming van een nieuwen secretaris
constateert de Voorzitter, dat de eenige candidaat de Heer F. Schuurman
is, die dus bij enkele candidaatstelling is verkozen. De Heer Schuurman
neemt de benoeming aan onder dankzegging voor het in hem gestelde vertrouwen.
Hierna sluit de Voorzitter het eerste gedeelte van de plenaire zitting,
waarna volgt de:
Vergadering van de Commissie voor Maatschappelijke organisatie en Werk
kring. (Voorzitter de Heer J. G. Fortuin, rapporteur de Heer P. Ilmer.)
(Verslag opgemaakt door den rapporteur.)
Verslag van de besprekingen op het 5e jaarlijksch congres over het Rapport
van de Commissie, ingesteld door het Hoofdbestuur der Nederlandsche Land
meetkundige Federatie, naar aanleiding van zijn besluit van 7 November 1941
inzake de instelling van een examen voor lager landmeetkundig personeel.
Na een kort openingswoord stelt de Voorzitter voor, het rapport punt
voor punt te behandelen. Daar niemand hier tegen bezwaren inbrengt, wordt
begonnen met: