116
Voor wat het leger betrof bestond vóór 15 Februari 1946 de
regeling, dat, op basis van de Mutual Aid overeenkomst, de Neder
landse en Nederlandsch-Indische strijdkrachten op dezelfde grond
slag van kaarten zouden worden voorzien als voor de Britse troepen
was vastgesteld. De burgerlijke instanties waren aangewezen op de
beperkte voorraad die bij de Fotogrammetrische Brigade (Hertogs
park 8, Batavia) in beheer was.
Na die datum werden door de Engelsen de kaarten tegen Ver
rekening verstrekt, zodat Jaarna ook de burgerlijke organen en te
goeder naam en faam bekendstaande firma's daarvan profijt konden
trekken. Na een overgangsperiode werd op 1 Mei 1946 de gehele
voorraad kaarten van het Map depot van het Survey Directorate
A.F.N.E.I. gevestigd aan de Scottweg te Batavia, overgenomen
en kwam de kaartverstrekking geheel in Nederlandse handen. Na
dien werden uit deze voorraad de kaarten aan de Engelsen tegen
verrekening verstrekt.
Onmiddellijk werd begonnen de kaartenvoorraad van de Foto
grammetrische Brigade over te brengen naar de Scottweg en het
aldaar nog op oorlogsbasis ingerichte magazijn te ordenen. Dit was
in Juli zover gevorderd, dat op 1 Augustus nadat inmiddels het
benodigde personeel was aangeworven en de hulpkrachten waren
ingewerkt het Kaartenmagazijn als zelfstandig onderdeel werd
opgericht.
Omdat geconstateerd werd dat de kaartenvoorraden totaal onvol
doende waren om de tijd, dat in Indië nog geen kaarten zouden
kunnen worden gedrukt, te overbruggen, werd een hoofdofficier
van de Top. Dienst in Juni naar Singapore gezonden om deze moei
lijkheid met H.Q. A.L.F.S.E.A. te bespreken en na te gaan in hoe
verre van die kant nog steun was te verwachten. In Juli werd een
kapitein van de Dienst naar Makasser gezonden om zich te ver
gewissen van de omvang van de voorraad kaarten die aldaar in Juni
door de Engelsen bij hun vertrek was achtergelaten, en naar Hol-
landia, om de aldaar door de Amerikanen achtergelaten voorraden
te verpakken en naar Batavia op te zenden. Nadat reeds met vrij
grote zekerheid was komen vast te staan, dat door de Japanners
gedurende de oorlog vrij grote hoeveelheden kaarten te Singapore
waren gedrukt, en vernomen was dat krijgsgevangenen in Bangkok
grote hoeveelheden kaarten van Nederlandsch-Indië hadden zien
verladen, werd in Augustus bericht ontvangen dat te Saigon derge
lijke kaarten waren aangetroffen bij de Service Géographique de
l'Indo-Chine. Ook hiervan is reeds werk gemaakt.
Tenslotte zijn nog de restanten van de kaartenvoorraad die bij
het uitbreken van de oorlog naar Bandoeng was overgebracht, door
de aldaar gevestigde Triangulatie-Brigade gesorteerd en geïnven
tariseerd, zodat er gegronde hoop bestaat dat de kaartvoorziening
voor het komende jaar verzekerd is, welke tijd nodig is om het
Reproductiebedrijf weder volledig in werking te stellen.
Kaartenproductie.
Het is feitelijk onnodig op te merken, dat al de hiervoren beschre-