Reorganisatie van de algemene iandskaartering.1) 122 toegepast. Omdat voor verschillende andere kaarteringen de terres- trische methode van opmeting noodzakelijk blijft, moet een com promis worden gesloten, waarbij de belangen van beide methoden zo economisch mogelijk worden gediend. Een ander vraagstuk is dat van de opleiding van landmeetkundig personeel, welk vraagstuk tot dusverre nog nimmer in Indië van Regeringswege ter hand is genomen, met het gevolg dat elke meet- dienst zijn eigen personeel opleidt, en dat vele andere diensten die daartoe niet in staat zijn, daarop parasiteren of zich tevreden moe ten stellen met het ongeschoolde personeel dat zij kunnen krijgen, zodat veelal ongelijkwaardig werk wordt afgeleverd, dat voor alge meen gebruik ongeschikt is. Dan moet nog beraadslaagd worden over een uniforme regeling voor het aanschaffen van instrumenten, zodat naar standaardtypen kan worden gestreefd. Deze problemen en nog enkele andere vraag stukken van minder belang kan de Topografische Dienst niet alleen oplossen. Zulks moet geschieden in overleg en samenwerking met alle belanghebbende partijen. (Afgesloten op 1 September 1946.) A. Kin t, Kolonel, Hoofd van de Topografische Dienst K.N.I.L.: Niemand kan ontkennen, dat de beide wereldoorlogen, waarvan wij de laatste achter de rug hebben, voor een groot deel der volkeren op aarde buigpunten zijn geweest in de lijn van hun maatschappelijk en geestelijk leven. De overlevenden die in de branding hebben gestaan zullen volmondig erkennen, dat in deze tijden in de ware zin des woords „geschiedenis is gemaakt" en degenen onder hen die terugziend op de ervaringen daarbij een atlas hebben geraad pleegd zullen beseffen wat de geograaf Herder bedoelt als hij de geschiedenis der mensheid definieert als „in beroering gebrachte geografie". Ongetwijfeld wordt hier de staatkundige historie be doeld. De politieke geografie leert, dat bijna alle intercommunale, -regionale of -nationale verwikkelingen en vele politieke geschillen geheel of gedeeltelijk tot geografische vraagstukken zijn terug te brengen en dat van oudsher de geografische wetenschap een poli tieke machtsfactor is geweest. Dit is zuivere (historische) weten schap, maar daar staat tegenover, dat de Engelsen, befaamd door hun gebrek aan geografische kennis, in de laatste eeuwen een aardige machtspositie hebben gehad. Deze tegenstrijdigheid is ech ter slechts schijn gebleken. Ook in Engeland heeft men thans de waarde van de geografie als politiek machtsmiddel leren kennen en gebruiken. 1Overgenomen uit „De Militaire Spectator" van Februari 1947.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

Tijdschrift voor Kadaster en Landmeetkunde (KenL) | 1947 | | pagina 128